Het leven van Jozef ( 7 )

Jozef werkte tot hij er bijna bij neerviel. Zijn jeugddromen waren vergeten en hun uitleg leek vergaan. Het waren alleen maar opstapjes geweest naar moeilijkheden, ze hadden de haat van zijn broers opgewekt. Ze leken de oorzaak van zijn deportatie, gevangenschap en slavernij te zijn geweest. De dagen regen zich aanéén en werden twee jaar. Het leven was een sleur in de donkere gevangenis. 

Op een nacht kreeg de farao een droom. In zijn droom stond hij aan de oevers van de rivier de Nijl. De Nijl is een samenvloeiing van de Blauwe Nijl, die in Ethiopië ontspringt, en de Witte Nijl. De Witte Nijl heeft een basisomvang. Dit gebied wordt groter door de neerslag (afkomstig van het regenseizoen) die in Oeganda valt, waar de Witte Nijl doorheen stroomt. Hetzelfde gebeurt met de Blauwe Nijl; haar gebied wordt groter door de neerslag die in Ethiopië valt. Het regenseizoen in Oeganda valt vroeger dan het regenseizoen in Ethiopië, waardoor de Nijl gedurende een lange periode veel water aangevoerd krijgt. In Soedan stromen deze rivieren samen in de Nijl. Doordat de omvang van de rivier zo groot is (het basisgebied van de Witte en de Blauwe Nijl gecombineerd met de regen van de regenseizoenen) overstroomt de Nijl bijna elk jaar.De Nijl was en is van groot belang voor Egypte. Egypte is een vruchtbaar land in de Sahara en dat komt door de bevloeiing door de Nijl. Egypte werd daarom ook wel het geschenk van de Nijl genoemd. De Nijl kon het leven van een Egyptenaar totaal veranderen. Zonder de jaarlijkse overstroming van de Nijl was er geen voedsel, want er was geen irrigatiesysteem. Maar als de Nijl te lang buiten zijn oevers trad, verging het gewas en was er te weinig eten.De Egyptenaren vereerden de Nijl nog het meest om haar zuivere drinkwater dat het land, de mensen en de dieren leven bracht. Toen de farao bij de rivier stond zag hij zeven koeien uit de rivier komen. Het waren mooie vette koeien. Ze begonnen de oevers van de rivier af te grazen. 

Tot zijn verbazing zag de farao nog zeven koeien uit het water komen. Het waren lelijke scharminkels. De botten staken zowat door hun vacht heen. Toen gebeurde er iets gruwelijks. De magere koeien liepen op de gezonde koeien af en aten ze op. Voordat de farao daar iets aan kon doen, werd hij wakker. 

Nadat hij zich van het feit verzekerd had dat hij droomde, viel hij weer in slaap, en droomde opnieuw. Er groeiden in rap tempo zeven mooie volle aren uit een korenhalm.Daarna groeiden er nog zeven aren uit de stengel. Het waren onooglijke schriele aren, die eruit zagen alsof de oostenwind over hen heengewaaid had. Tot zijn grote verbazing zag de farao dat de zeven dorre aren de mooie aren verslonden, er bleef niets van over. Met een schreeuw ontwaakte de farao, en begreep dat hij opnieuw gedroomd had. 

Zodra de ochtendstond gloorde liet de farao alle wijzen van Egypte bij zich komen. Hij vertelde met angst in zijn stem de inhoud van zijn dromen. Maar de Heere zorgde ervoor dat niemand zich aan de interpretatie van de dromen durfde te wagen. Het bleef stil. De koning liet de wijnschenker komen, hij had behoefte om een glas wijn te drinken. Misschien zou dat zijn geest enigszins verlichten. De schenker deed zijn werk en hoorde waarover het gesprek ging. Als een bliksemschicht schoot de naam van Jozef door zijn gedachten.  “ Majesteit, u weet dat ik een tijd geleden een fout gemaakt heb. U was woedend op mij en stuurde me samen met de bakker naar de gevangenis. Toen we daar waren kregen we op een nacht een droom. Het waren hele bijzondere dromen, en ze leken totaal niet op elkaar. Er was in de gevangenis een jonge slaaf, een Hebreeër. Hij had bij Potifar gediend. Toen we hem onze dromen vertelden heeft hij ze ons uitgelegd. 

Het bijzondere was dat er precies gebeurde wat hij ons gezegd had. Ik werd aangenomen als schenker, en de bakker werd onthoofd.”Daar was geen speld tussen te krijgen, zo was het gegaan! De farao bedacht zich geen ogenblik.Een kort bevel, en een snelle bode haastte zich naar de gevangenis om Jozef op te halen. Na al die jaren zag hij er nogal verwilderd uit. Hij werd geschoren en kreeg schone kleren aan. Vervolgens werd hij in allerijl naar de farao gebracht die met smart op hem zat te wachten. De farao zei: “ Ik heb gedroomd, maar niemand kan vertellen wat mijn droom betekent. Nu heb ik heb gehoord dat jij dromen uit kunt leggen. “ “ Absoluut niet! “ zei Jozef direct. “ Dat kan God alleen. Ik hoop dat Hij een goede boodschap voor u heeft! “ 

De farao begon opnieuw zijn dromen uit te leggen. Daarna zei hij dat niemand van de wijzen in staat was geweest om zijn visioenen uit te leggen. Zonder zich te bedenken zei Jozef: “ Uw dromen betekenen allebei hetzelfde. De God die ik dien, wil Zijn plannen bekendmaken. De zeven mooie koeien en de zeven mooie korenaren staan model voor zeven goede zegenrijke jaren. De magere koeien en de dunne droge korenhalmen staan model voor zeven jaren van hongersnood. 

Er zullen zeven jaren komen waarin het hele land zich in een overvloedige oogst zal verheugen. Het zal niet op kunnen. Daarna komen er zeven jaren van tegenslag, en rampspoed. Er zal een grote hongersnood uitbreken, iedereen zal ermee te maken krijgen. Alle voorspoed en rijkdom zal vergeten worden, niemand zal er nog aan terugdenken. Omdat de droom twee keer aan u verschenen is, betekent dit dat het plan van God vast staat. Het betekent ook dat het snel uitgevoerd zal worden. “ Jozef pauzeerde even, en sloot het gesprek af met een advies. 

“ Koning, u kunt het beste iemand zoeken die wijs en verstandig is. Geef hem de leiding over het land. U moet ervoor zorgen dat alle mensen in de zeven goede jaren een vijfde deel van hun oogst inleveren. In elke Egyptische stad moet graan opgeslagen worden. Wanneer de zeven jaren van hongersnood aanbreken, zullen de inwoners van uw land de hongerdood ontkomen. “ 

De uitwerking van de woorden van Jozef was verpletterend. “ De Geest van God is in deze man! “ riep de farao tegen zijn dienaren. “ Nergens zullen we iemand vinden zoals hij! Jouw God heeft ervoor gezorgd dat je deze dromen begrepen hebt Jozef! Hij heeft je wijsheid en verstand gegeven. Ik wil dat jij de leiding krijgt over mijn paleis en over mijn volk. Iedereen zal naar je luisteren en doen wat je opdraagt. Ik zal de enige zijn die meer macht heeft dan jij. Ik geef je de leiding over heel Egypte. “ 

De farao ontdeed zich van zijn koninklijke ring. Hij deed hem persoonlijk bij Jozef aan. Een kort bevel, en er kwamen prachtige kleren tevoorschijn. Nadat Jozef die aangetrokken had, kreeg hij een gouden ketting om zijn hals. Daarna liet de farao Jozef in één van zijn praalwagens door het hele land rijden. Er liepen dienaren van de farao voor de wagen. Ze bevalen de mensen om neer te knielen. Zo kreeg Jozef de leiding over heel Egypte. Hij had elke dag werkoverleg met de farao. “ Ik sta boven je “  zei de farao, “ Maar iedereen in Egypte heeft jouw toestemming nodig om iets te ondernemen.” 

Jozef kreeg een Egyptische naam: Zafenat – Paneach.( = ontdekker van verborgenheden ).  Hij werd uitgehuwelijkt aan Asnat, een dochter van een priester. Op zijn dertigste levensjaar werd Jozef onderkoning van Egypte. Zijn eerste taak bestond uit een verkenning van het hele land. Zo leerde hij het land kennen dat hij door Gods hand zou redden van een wisse ondergang. 

One response to “Het leven van Jozef ( 7 )

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *