Jezus laat ons in vrede sterven.
In het oude Jeruzalem woonde een zekere Simeon. Hij was een rechtvaardig en vroom man die ononderbroken uitzag naar de lang voorzegde Messias. De cruciale vraag van zijn hart was: ΅ wanneer zal de tijd aangebroken zijn dat Israël getroost wordt? “
Simeon stond bekend als iemand die rechtvaardig jegens de mensen en godvrezend jegens Jaweh was. Twee hoedanigheden die altijd moeten samengaan, om als een oprecht christen te boek te kunnen staan. De intensiteit waarmee Simeon naar de komst van de Messias uitkeek was kenmerkend voor zijn oprechte hart. Alleen Christus kon zijn hart vervullen.
De Heilige Geest woonde als een geest van heiligheid en profetie in hem. ( zie ook 1: 67 / 2: 36 ) Zijn hele lange leven door had Simeon het Heil verwacht. Hij bad intens om de verlossing waar Jesaja zo vurig over gesproken had. Vol passie, alsof het reeds gebeurd was:
‘Ga mijn volk troosten, ga het troosten! Zeg tegen de inwoners van Jeruzalem dat ze de moed niet mogen opgeven. Vertel hun dat ze niet langer onderdrukt worden. Ik, de Heer, zal hen niet langer straffen voor hun fouten. Ik heb hen nu genoeg gestraft’.
‘Kijk, daar is Hij. God, de Machtige Heer komt eraan! Hij zal Zijn macht laten zien, Hij komt om te heersen. En Hij heeft Zijn volk bij Zich. Hij heeft hen bevrijd, ze zijn van Hem’. ( Jes. 40 : 1,2, 10 )
‘Juich allemaal! Hemel en aarde, juich! Bergen en heuvels, doe mee! Want de Israëlieten moesten lijden, maar de Heer had medelijden, en heeft hen getroost. ( Jes. 49: 13 )’
De Heere – Die het hart van Simeon doorgrondde – wist het verlangen van Simeon op waarde te schatten. Omdat Hij nooit een oprechte bidder laat staan was Simeon via de Heilige Geest een openbaring gegeven dat hij de dood niet zou smaken voordat hij de Messias van de Heere zou hebben gezien. De onfeilbare leiding van de Heilige Geest bracht hem op het juiste ogenblik in de tempel. Daar aangekomen trof Simeon Maria en Jozef met het Kind Jezus aan. Zij waren op weg om hun Kind te besnijden, naar de aloude inzetting die Jaweh Zelf verordineerd had ( Genesis 17 )
Toen Simeon het Kind zag, nam hij het van de ouders over. Zielsgelukkig hield hij het Heil in zijn armen. Hij hief zijn ogen omhoog, loofde God! En zei:
‘Heere, ik ben Uw dienaar. Nu kan ik rustig sterven, zoals U mij beloofd hebt. Want nu heb ik Zelf de Redder gezien. U hebt Hem gestuurd om alle volken te redden. Hij is het Licht! Hij wijst de volken de weg naar U. Hij is de Held van Uw volk Israël. ( Lucas 2: 25 – 32 ) ‘
Die dingen zei Simeon over Jezus. De Bijbel bewijst dat zijn woorden waar zijn! ( Jesaja 40: 3 / Jes. 51: 6 Jes. 59: 19 / 61: 11 / Psalm 98 ) De vrede in zijn hart was zodanig groot dat Simeon sterven kon.
En zo wil de Heere dat ook vandaag nog waarmaken.
De nabijheid van de Heere Jezus Christus, Zijn liefde, en genade geven vrede om te leven, maar bovenal vrede om te sterven. Daarom ging Simeon getroost naar Huis.