Johannes en de Heilige Geest

” Ik doop jullie met water ten teken van jullie nieuwe leven, maar na mij komt iemand Die meer vermag dan ik. Ik ben zelfs niet goed genoeg om zijn sandalen voor hem te dragen. Hij zal jullie dopen met de Heilige Geest en met vuur. Hij houdt de wan in Zijn hand en Hij zal Zijn dorsvloer reinigen en Zijn graan in de schuur bijeenbrengen, maar het kaf zal Hij verbranden met onuitblusbaar vuur.” ( Matthëus 3 : 11, 12 ) 

De leer van Johannes de Doper ging altijd over de bekering. Johannes paste haar toe op de Farizeeën en de Sadduceeën die naar hem toekwamen om gedoopt te worden. De Farizeeën waren fanatiekelingen van de ceremoniële wetten en de overlevering uit het Oude Testament. De Sadduceeën vervielen weer in andere uitersten. Toen Johannes de Godsmannen naar zich toe zag komen zei hij dat ze dachten dat ze slim genoeg waren om aan Gods straf te ontkomen omdat ze tot het volk van Abraham behoorden. Maar Johannes haalde alle grond onder hun voeten weg toen hij zei dat God van de stenen die aan de oever van de Jordaan lagen, kinderen kon verwekken om een nieuw volk voor Abraham te maken. De Joodse leiders moesten eerst laten zien dat ze hun leven wilden veranderen. Ze moesten goede dingen doen zodat ze op een boom vol goede vruchten zouden lijken. God zou namelijk alle bomen zonder vruchten omhakken en in het vuur gooien. De bijl lag al klaar, het oordeel zou niet lang op zich laten wachten. 

Johannes ging bewust erg te keer. Hij noemde de Farizeeën en Sadduceeën geen Rabbi maar vergeleek hen met een slangachtige bende. Dat deed hij in heilige verontwaardiging. Hoewel de diverse theologische stromingen elkaar niet konden luchten of zien, waren ze met elkaar verbonden in hun argwaan tegenover elke andere leer. Johannes maakte hen zonder omwegen duidelijk dat ze bedreigd werden door de toekomende toorn van God, die veel erger was dan de haat en afkeer die ze elkaar toedroegen. “ Wat brengt jullie eigenlijk hier? “ vroeg hij. “ Welke schrik heeft jullie bevangen, dat jullie naar het Koninkrijk der hemelen vragen? “ 

Het stond niet voor alle bevolkingsgroepen vast dat er een toekomende toorn van God was. Niet iedereen was ervan overtuigd dat het de grootste zorg voor iedereen moest zijn om deze toorn te ontkomen. Johannes was eigenlijk een klaroenstoot van Gods genade. De Heere wilde niet dat er iemand verloren ging, maar dat iedereen zich zou bekeren. 

Onze bekering is in ons hart gezeteld. Daar is ze als een wortel van het goede geworden. Maar als daar in ons leven niets van te zien is, dan is het feit dat we een bepaalde kerk of denominatie toebehoren, of onze overtuiging dat wij het uitverkoren geslacht van God zijn totaal zinloos. 

In de jaren die Johannes doorgebracht had in de woestijn, had hij geleerd om afstand te nemen van alles wat zijn hart niet bekeren kon.  De tempel – hoe mooi ook – kon niemand van zijn zonden redden. De indrukwekkende ceremoniële dienst ook niet. Het enige wat een mens met God verzoenen kon was een hart dat uiting naar de Heere Jezus, de Messias!

Het is opvallend hoe Johannes over zichzelf sprak toen hij Jezus in het vizier had.  Hij zei; “ Ik doop jullie met water ten teken van jullie nieuwe leven, maar na mij komt Iemand die tot oneindig veel meer in staat is dan Ik. Ik ben zelfs niet waard om Zijn sandalen voor Hem te dragen. Hij zal jullie dopen met de Heilige Geest en met vuur. Hij houdt de wan in Zijn hand. Hij zal Zijn dorsvloer reinigen en Zijn graan in de schuur bijeenbrengen, maar het kaf zal Hij verbranden in onblusbaar vuur. “  

Met deze woorden bedoelde Johannes de Heilige Geest. Zij is als een reinigend vuur dat over het volk uitgegoten zou worden.  ( Joël 3 : 1 ) Dit heilige vuur zou de ware nakomelingen van Abraham scheiden van degenen die slechts pretendeerden dat te zijn. De uitstorting van de Heilige Geest in Handelingen 2 was een aankondiging van het laatste oordeel.

Opeens werd de profetie van Johannes vervuld.  De Heere Jezus kwam aangelopen. Hij wilde ook gedoopt worden. Johannes wist dat Hij Degene was over Wie hij gesproken had. Hulpeloos stond hij stil. De woorden stokten in zijn keel. “ Ik zou door U gedoopt moeten worden, en dan komt U naar Mij? “ vroeg hij aarzelend. Jezus – die alles wist van iedereen – zei: “ Laat het nu maar gebeuren, want het is goed dat we op deze manier Gods gerechtigheid vervullen. “ Toen deed Johannes wat Jezus vroeg. Twee mannen vol van de Heilige Geest gehoorzaamden hun Vader in de hemel. Jezus ging onder in het water van de Jordaan want Hij was gekomen om Gods plan te vervullen. Met Zijn doop identificeerde Hij zich met het Israël dat zijn zonden erkende en wachtte op Gods koninkrijk. 

Wie God gehoorzaamt wordt gezegend. Zo was het ook met de Heere Jezus. Zodra HIj gedoopt was en uit het water omhoog kwam opende de hemel zich en zag Johannes hoe de Geest van God als een duif op Jezus neerdaalde. Uit de hemel klonk een stem:  “ Dit is Mijn Zoon, in Hem vind Ik vreugde! “ 

De stem uit de hemel openbaarde de ware identiteit van Jezus. Hij is de Koning, de Messias, de Zoon van God.

Door Zijn doop nam Hij symbolisch de zonden op zich die zijn landgenoten als het ware in het water van de Jordaan van zich afgespoeld hadden. Het verband dat Jezus zelf later zou leggen, bewijst dat. ( Marcus 10 : 38, 39 / Lucas 12 : 50 ) 

Omdat Hij dit Offer wilde brengen is ons grote blijdschap beschoren. Hier op aarde falen leerlingen van Jezus er vaak in om die blijdschap uit te stralen.  Maar straks in de hemel zal het geweldig zijn. Iedereen zal daar volmaakt gelukkig zijn. Niemand zal dat geluk ooit nog beschadigen of wegnemen.  

“ Hij Die op de troon zat zei: “ Alle dingen maak Ik nieuw! – Ik hoorde zeggen: schrijf het op, want wat hier wordt gezegd is betrouwbaar en waar. Toen zei Hij tegen mij: “ Het is voltrokken! Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde. Wie dorst heeft, geef Ik vrij te drinken uit de bron met water dat Leven geeft. Wie overwint, komen al deze dingen toe. Ik zal zijn God zijn, en hij / zij  zal mijn Kind zijn.  “ ( Openbaringen 21 : 5 – 7 ) ( Alle vertalingen, SB, MH ) 

 

Geef een reactie