Openbaringen 4 : 1 – 11

Het profetisch toneel van Openbaringen 4 opent zich in de vorm van een tweede  visioen dat de  apostel Johannes gegeven werd. Johannes had tijdens zijn ballingschap op het eiland Patmos de woorden van de Heere zijn God nauwkeurig opgetekend. Elke gemeente die hij ooit gediend had was van allerlei raad en vermaningen voorzien. Nu kwam de toepassing. 

“ Laat de woorden van de Heilige Geest goed tot je doordringen.  Als jullie overwinnen  zullen jullie samen met Mij op Mijn troon zitten. Net zoals Ik overwonnen heb en samen met mijn Vader op Zijn troon zit! “ had de Heere Jezus tegen Johannes gezegd. ( Openbaringen 3 : 21, 22 ) 

Hierna keek Johannes op en zag in de hemel een deur openstaan. Hij hoorde een stem die klonk als een trompet. “ Kom naar boven! “ had de stem geroepen, dan laat ik je zien wat er vanaf nu gebeuren zal. “

De toekomst zou voor Johannes geopenbaard worden!  De Heere Zelf opende de voorhang van de geschiedenis. Om Johannes op dit visioen voor te bereiden was hij in een soort slaap gebracht. Zijn ziel was bezield door de geest van de profetie en stond helemaal onder Goddelijke invloed. 

Johannes zag een troon van eer, gezag en oordeel neergezet worden. Het was de troon van God waar elk gezag in hemel en op aarde onder viel. 

Op de troon zag Johannes een heerlijke verschijning. Zijn aangezicht schemerde als edelstenen. De Bijbel noemt Saffier, de steen van de wijsheid en Jaspis de steen waaraan een helende werking toegeschreven wordt. Boven de troon was een regenboog te zien, die schitterde als Smaragd. Smaragd is een variëteit van Beryl en geldt als de edelste steen uit de Berylgroep. De regenboog was het teken en zegel van het verbond dat de Heere eens met Noach gesloten had. De overheersende kleur groen was om de levenwekkende en vernieuwende aard van het Verbond van God aan te duiden. 

 

Om de troon heen stonden 24 andere tronen, waarop 24 leiders van Gods volk zaten. Ze droegen witte kleren en hadden een gouden kroon op hun hoofd. Johannes bekeek de troon, en zag dat er bliksem- en donderslagen heen en weer flitsen. Bovendien brandden er zeven grote vlammen voor de troon. De bliksemflitsen en donderslagen refereerden aan de wetgeving op de Sinaï. Sinds die gegeven werd heeft het Evangelie van Jezus Christus niet minder heerlijkheid en gezag gehad dan de heilige wet van God. De zeven vlammen waren de zeven genadegaven en werkingen van de Geest van God. 

Het visioen werd steeds helderder. Voor de troon bevond zich een zee van glas, net zo helder als kristal. In die zee moeten alle mensen gewassen worden die tot de genadige tegenwoordigheid van God toegelaten worden. Het zijn de mensen die van hun zonden gewassen zijn in het dierbaar bloed van onze Heere Jezus Christus. 

Johannes luisterde en hoorde iets schitterend moois. Hij hoorde het lied van de vier dieren wat ontleend is aan het visioen van Jesaja. ( Jesaja 6 ) Ze verheerlijkten één God, de Heere God, de Almachtige. De Man die op de troon zat was de Heere God, de Almachtige, Eeuwige Levende God. Hij wordt aanbeden door de christelijke gemeente in hemel en op aarde. 

De vier dieren gaven God de heerlijkheid van de heiligheid waarmee Hij hun ziel gekroond had op aarde, maar ook in de hemel. Met hun woorden erkenden ze dat de Heere ver verheven is boven alle lof en dankzegging. Hij is de Schepper en Bewaarder en de Eind Oorzaak van alle dingen. 

“ Heer, onze God, U hebt alles gemaakt. De wereld bestaat omdat U dat wilt. Iedereen moet voor U juichen, iedereen moet Uw macht prijzen. U verdient alle eer! “ zongen ze. ( SB, MH, kantt. ) 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *