Mattheüs 27: 32

Toen ze de stad uitgingen, kwamen ze een man tegen. Hij heette Simon en kwam uit Cyrene. De soldaten dwongen hem om het kruis te dragen. ( Mattheüs 27: 32) 

 

Jezus was veroordeeld. De kruisiging zou buiten de stad plaatsvinden. ( Lev. 24: 14/ Num. 15: 35/ Joh. 19: 20 / Hebr. 13: 12). 

De wrede Romeinse wetgeving schreef voor dat de veroordeelde zelf zijn kruis naar de plaats moest dragen waar hij zou sterven. Na de zware geseling waren bijna alle levenskrachten uit Jezus weggevloeid. De soldaten hadden Hem een kroon van doorntakken opgezet, en  Hem in Zijn gezicht gespuugd. Bovendien hadden ze Jezus harde klappen gegeven met de stok die ze in Zijn rechterhand geduwd hadden. Erger kon het niet. Jezus wankelde. 

Zonder medelijden keken de soldaten het lugubere tafereel aan. Omdat ze het jammer zouden vinden dat er geen kruisiging meer nodig zou zijn, keken ze hulpzoekend om zich heen. Op de weg naar Golgotha liepen veel passanten. Waarschijnlijk heeft Simon van Cyrene er krachtig genoeg uitgezien om een kruis te dragen. Ze bedachten zich geen ogenblik maar hielden de man staande en dwongen hem om de zware last van Jezus op zich te nemen. In Lucas 23: 26 staat dat Simon het kruis achter Jezus aan droeg. Jezus had het eerst gedragen ( Lucas Matth. 27: 32 / Joh. 19: 17). 

Christ carrying cross up Calvary on Good Friday over dark and stormy sky

De naam van de voorbijganger – Simon – geeft aan dat hij van joodse afkomst was. Hij was afkomstig uit Noord-Afrika waar veel joden woonden. ( Hand. 2: 10 / 6: 9 / 11: 20 ) Het ligt voor de hand dat Simon op pelgrimage was om in Jeruzalem het Pascha te vieren. Simon kon niet vermoeden dat hij de last van de Messias op zijn rug zou nemen. Een grote eer. Zijn naam en familie staan niet voor niets opgetekend in de Bijbel. ( Marcus 15: 21/ Romeinen 16: 13). 

Simon deed voor Jezus wat Zijn leerlingen hadden kunnen doen als ze niet waren gevlucht. De houding van Simon stemt tot nadenken. Het is een eer om te lijden voor de Heere Jezus. Het leek daar in eerste instantie helemaal niet op. Het kruis van een veroordeelde dragen, wie zou daar nu zin in hebben? We zijn als mens geneigd om weg te vluchten van alles wat met dreiging, dood, of lijden te maken heeft. Simon heeft zonder dat hij het wist iets groots gedaan, iets bijzonder eervols.  Het is genade om voor de Naam en de zaak van Jezus te lijden. En we mogen nooit vergeten dat het lijden van Jezus onuitsprekelijk veel zwaarder is geweest.