De opstanding ( 6 )

Jezus zei tegen Zijn leerlingen: ‘ Toen Ik nog bij jullie was, heb Ik gezegd: ‘ Alles wat er over Mij in de heilige boeken staat, moet gebeuren. ‘ Daarna hielp Jezus hen om de heilige boeken goed te begrijpen. Hij zei: ‘ In de heilige boeken staat dat de Messias zal lijden en sterven, en drie dagen later zal opstaan uit de dood. En ook dat namens de Messias het goede nieuws verteld moet worden. Dit is wat alle volken moeten horen. ‘ Begin een nieuw leven, dan zal God je fouten vergeven. ‘ Jullie moeten dat nu aan iedereen gaan vertellen, allereerst in Jeruzalem. Blijf daar totdat de Heilige Geest komt. Hij is de hemelse kracht die in jullie zal komen. Ik zal Hem naar jullie toesturen, zoals Mijn Vader jullie beloofd heeft. ( Lucas 24 : 44 – 49 ) 

Bovenstaande woorden bevatten het laatste onderwijs dat Jezus aan de leerlingen gegeven heeft. Jezus bracht daarmee het onderwijs in gedachten dat Hij hen drie jaar lang meegegeven had. Je moet hierbij met name denken aan de woorden uit Lucas 9 : 22, 44 / Lucas 18 : 31 – 33 ( vgl. Joh. 5 : 39 – 46 ) Nu liet Jezus zien dat dit allemaal in Hem vervuld was. ( Marcus 1 : 2 – 4 ) ‘Het moest zo gebeuren’, zei Jezus. Met deze woorden gaf Hij aan dat de vervulling van Zijn woorden overeenkomstig de wil van God was.  

Jezus maakte Zijn leerlingen duidelijk dat er een verschil was in dat wat er voor Zijn sterven gebeurde, en na Zijn opstanding, in de bestaanswijze die Hij nu had. 

Terwijl Jezus het in vers 31 over het openen van hun ogen had, en in vers 32 over het openen van hun hart, had Hij het uiteindelijk over het openen van hun verstand. ( vs 45 ) Dit laatste was uiterst belangrijk, omdat de leerlingen zo in staat gesteld werden om de Schriften, met name de Messiaanse profetieën, in hun juiste verband te zien. ( vs 27 ) 

Eerst had Jezus Zijn lijden verbonden aan het ‘  ingaan in Zijn heerlijkheid.’ , hier in dit schriftgedeelte ging het over het opstaan uit de doden. ( vs 45 ) 

Het zijn twee uitdrukkingen die dezelfde werkelijkheid beschrijven vanuit een ander oogpunt. Het eerste, het ingaan in Zijn heerlijkheid, ging over het onzichtbare, terwijl het opstaan uit de doden ging over het zichtbare. 

Zo stond het geschreven, zo moest het gebeuren! God had al in het Oude Testament laten verkondigen dat het Evangelie aan alle volken gebracht moest worden. ( Jes. 49 : 6 / Hand. 13: 47 ) 

 Lucas is de enige Evangelist die de verkondiging van het Evangelie tot beschrijvingen en rond Jeruzalem beperkte. Jeruzalem was de plaats waar de leerlingen op de komst van de Heilige Geest wachtten. Jeruzalem was het startpunt van de wereldwijde verkondiging van het Evangelie. Het woord martus – getuige – heeft twee aspecten. De leerlingen waren aan de ene kant ooggetuigen van het leven, de dood, en de opstanding van de Heere Jezus, maar aan de andere kant werden ze ook aan het werk gezet als verkondigers van dit grote nieuws. De inhoud van hun verkondiging zou altijd het lijden, de dood, en de opstanding van de Heere Jezus zijn.

Zijn opdracht tot wereldwijde Evangelieverkondiging verbond Jezus altijd aan Zijn belofte van de komst van de Heilige Geest. Hij was de hemelse kracht die hen in staat zou stellen om de opdracht van Jezus te vervullen met de geestdrift en het enthousiasme die nodig waren! 

One response to “De opstanding ( 6 )

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *