Marcus 1 : 32 – 39

`s Avonds laat, toen de zon al was ondergegaan, brachten de mensen alle zieken en bezetenen naar Hem toe. Alle inwoners van de stad hadden zich bij de deur van het huis verzameld. Hij genas vele zieken van allerlei kwalen, en Hij dreef veel demonen uit, maar Hij stond ze niet toe om iets te zeggen, want ze wisten Wie Hij was. 

 

Vroeg in de ochtend, toen het nog helemaal donker was, stond Hij op, ging naar buiten, en liep naar een eenzame plek om daar te bidden. Maar Simon en de anderen die bij Hem waren, gingen Hem vlug achterna. Toen ze Hem gevonden hadden zeiden ze tegen Hem: “ iedereen is naar U op zoek! “ Toen zei Hij: “ laten we ergens anders heengaan, naar de dorpen hier in de omtrek, zodat Ik ook daar het Goede Nieuws kan brengen. Daarvoor ben Ik immers op weg gegaan. “ 

Marcus geeft met een dubbele tijdsindeling aan dat het avond geworden was, en dat de zon was ondergegaan. De sabbat was voorbij. Deze eindigt op zaterdagmiddag bij zonsondergang. De zieken konden eindelijk bij Jezus gebracht worden. Ze moesten gedragen worden, wat op de sabbat verboden was. 

Heel bijzonder, deze reactie op de woorden die Jezus in de synagoge gesproken had. Iedereen had gehoord van de wonderen die Jezus gedaan had. Jezus had de schoonmoeder van Petrus gezond gemaakt. Alle zieken – zonder uitzondering – werden nu bij Hem gebracht, Fysisch en psychisch, ze konden bij Hem terecht. Het blijft een ongelooflijk wonder dat Jezus zo almachtig en herstellend was. Bezetenen waren mensen die door boze geesten bezet waren. 

De hele stad kwam samen bij de deur van het huis van Simon en Andreas. De toeloop was zo groot dat het huis veel te klein was om iedereen binnen te laten. Er ontstond gedrang. De Heere Jezus genas iedereen. Zo ging de profetie uit Jesaja 53 : 4 ging in vervulling. “ Hij was het die onze ziekten droeg, die ons lijden op Zich nam. “ 

Jezus dreef ook demonen uit. Dit deed Hij terwijl Hij hen verbood iets te zeggen. Hij liet de geesten niet toe te spreken, zodat ze niets over Hemzelf zouden zeggen, omdat ze Hem kenden. ( vs 24 / Lucas 4 : 41 ) 

Waarom mochten de demonen niets over Hem zeggen? 

Wanneer een gelovige iets over de Heere Jezus zegt, dan is dat met de bedoeling om Hem te verheerlijken. Dat is goed en mooi. Maar de demonen wilden Hem aanspreken als een bezwering en afweer, terwijl ze wilden proberen om Jezus te overtroeven. ( vs 25 ) 

Deze genezingen en uitdrijvingen waren een teken van de komst van het Koninkrijk van God. ( vs 15, 38 / Lucas 11 : 20 ) Deze wonderen begeleiden en bevestigden Jezus` prediking. 

In de vroege morgen na de wonderen en tekenen ging Jezus naar buiten, het veld in, om daar te bidden. We lezen dit wel vaker van Hem. ( Marcus 6 : 46 / 14 : 32 / Lucas 4 : 42 / 5 : 16 ) Het is een Joodse gewoonte om vroeg in de morgen het gebed tot God op te zenden. Je leest daarover in Psalm 5: 4 / 88 : 14 ). Dat gebeurde niet persé op een eenzame plaats. De Heere Jezus wilde een tijd alleen zijn met Zijn Vader, om kracht te putten en wijsheid te ontvangen voor de komende dag. Hij wist dat het alleenzijn niet lang zou duren, en de mensen zich weer spoedig aan Hem op zouden dringen. Daarom vertrok Hij en zocht de eenzaamheid op. 

Terwijl Jezus zo in de eenzaamheid was – bij Zijn Vader – stonden er alweer mensen bij het huis te wachten. De leerlingen – die bekend waren met de gewoonte van hun Meester – gingen Hem achterna om Hem te zoeken. 

Toen ze Hem na enig zoeken gevonden hadden, spoorden ze Hem aan om met hen mee terug te gaan naar Kafarnaüm. “ Iedereen zoekt U “ zeiden ze. Maar Jezus liet Zich door Niemand anders dan door Zijn hemelse Vader vertellen waarheen Zijn weg zou leiden. Hij maakte Zijn leerlingen duidelijk dat Hij niet mee terug zou gaan naar Kafarnaüm, maar dat Hij andere kleinere plaatsen in de omgeving op het oog had. Met deze daad kwam Hij niet aan de verwachting van de mensen en die van Zijn leerlingen tegemoet, maar wel aan de verwachting van Zijn Vader in de hemel. Dáárvoor was Hij uit de hemel naar de aarde gekomen. ( Lucas 4 : 43 / Joh. 8 : 42 / 13 : 3 / 16 : 27, 28 , 30 / 17 : 8 ) 

De Joden hadden hun samenkomsten in de synagogen. Dáár verkondigde Jezus het Koninkrijk van God ( vs 15 ), in heel Galilea ( vs 14 / Matth. 4 : 23 / 9 : 35 ) 

Beide door Zijn aanwezigheid en door Zijn verkondiging kwam dat Koninkrijk ook werkelijk. Het werd zichtbaar in de genezingen die Hij daarbij verrichtte. Met verbijstering, ontsteltenis, onbegrip, ongeloof werd er gereageerd. ( 4 : 41 / 5 : 31, 40 / 6 : 14 – 16 ). Alleen de demonen waren zich bewust van Jezus` identiteit. ( 1 : 24 / 3 : 11 / 5 : 7 ) Maar Jezus stelde geen prijs op hun getuigenis, Hij wil dat Zijn identiteit wordt ontdekt dankzij een juist begrip van Zijn woorden en daden dankzij de werking van de Heilige Geest. Dit is het Messiaanse geheim. 

2 responses to “Marcus 1 : 32 – 39

  1. Wow, amazing blog layout! How long have you ever been running a blog for?
    you make running a blog glance easy. The total look of your site is great, as smartly as the content!
    You can see similar here <a href="[Link deleted]online

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *