Psalmen 49

Psalmen 49 

Deze psalm is eigenlijk een preek. Hij is voor ons allemaal bedoeld. 

Als het erop aankomt weten we wel dat geld en goed ons niet per definitie een gelukkig leven bezorgen. Toch blijkt rijkdom één van de meest aantrekkelijke verleidingen te zijn die de wereld ons te bieden heeft. Omdat de satan dat weet is hij er altijd mee bezig ons met dit geweldige wapen te verslaan. Arme mensen lopen evenveel gevaar een buitensporig verlangen te hebben naar rijkdom, als rijke mensen het risico lopen om zich buitensporig te verheugen in hun geld en spullen. 

De dichter van psalm 49 had diepzinnig over deze feiten nagedacht. Nadat hij dat gedaan had, vertrouwde hij zijn gedachten aan het papier toe. De dichter triggerde zichzelf om over wijze zaken na te denken. “ Ik zal mijn oor neigen tot een spreuk “  zei hij. Een spreuk is een verstandig en leerzaam iets. 

De dichter wilde wijze woorden zeggen waarover hij goed nagedacht had. Wijze lessen die het leven hem eerst zelf hadden geleerd. Nadat hij dat gedaan had, componeerde hij een verhalend lied. 

“ Ik ben niet bang als er gevaar dreigt, en mijn vijanden mij kwaad doen. Ze denken dat met hun geld alles te koop is, en laten steeds zien wat ze allemaal bezitten. Maar ze vergeten dat niemand de dood af kan kopen. Een leven is onbetaalbaar. Geen enkel mens leeft voor eeuwig, iedereen sterft en wordt begraven. “ begon de dichter zijn lied. Vervolgens beschreef hij het feit dat mensen zich in allerlei bochten wringen om hun eigendommen veilig te stellen. Vaak is niets is hen te gek, ze noemen  zelfs steden of landen naar hun naam, in de hoop daarmee hun gedachtenis te vereeuwigen. 

God in de hemel vindt het dwaasheid. De Heere Jezus wijdde er zelfs een gelijkenis aan: ‘ Een rijke man had een groot stuk land dat vol stond met koren. Hij dacht: wat moet ik doen? In mijn schuren is niet genoeg plaats voor al het graan. Toen dacht de man: “ Weet je wat? Ik breek mijn oude schuren af, en ik bouw nieuwe schuren die veel groter zijn. Daarin bewaar ik dan het graan en al mijn bezit. Dan kan ik tegen mezelf zeggen: “ Zo, nu ben je rijk! Je hebt genoeg om jaren van te leven! Ik ga nu uitrusten, eten, drinken en feestvieren. “ Maar God zei tegen hem: “ Je bent dom. Vannacht zul je sterven, en voor wie is dan je rijkdom? “ Daarna zei Jezus dat het zo af zou lopen met iemand die alleen maar leeft om rijk te worden. Zo iemand heeft wel heel veel bezit maar bij God heeft hij bijna niets. “ ( Lucas 12 16 – 21 ) 

“ Iedereen zal sterven, wijze en domme mensen. Ze moeten alles achterlaten, het graf is voor altijd hun huis. Daar blijven ze voorgoed, hoe rijk ze ook zijn. Ze sterven net als de dieren, en dan wordt alles donker om hen heen. “ 

Niets in dit leven is permanent. Welke vorderingen of promoties wij ook maken hier op aarde, onze waarde is een voorbijgaande schaduw.

Als we al onze hoop en verwachting daarop stellen, zullen we aan de andere kant van de dood een ellendige situatie vinden. Terwijl een kind van God kan vragen: “ Dood waar is je angel? “ Zal de dood een trots mens vragen waar zijn rijkdom gebleven is. Alleen de schoonheid van de heiligheid is wat het graf niet aan kan raken, en ook niet kan schaden. Alle andere schoonheid gaat verloren. 

De dichter is ervan verzekerd dat de Heere God bij Hem zal blijven, alle dagen van zijn leven. Hij roept ertoe op om ons geloof in het Woord van God te versterken. Er is helemaal geen reden voor angst als we zo’n troostrijk vooruitzicht hebben, in de hemel bij God. Daar ligt onze verzekering. De gelovige verwachting van de redding van onze ziel, en het bereiken van een eeuwige gelukkige staat, zijn de grote steun en blijdschap van de kinderen van God wanneer ze sterven. 

Hun ziel gaat niet met hun lichaam naar het graf want ze is onsterfelijk. Hun ziel gaat naar God in de hemel, waar Jezus is, onze trouwe Redder en Zaligmaker. Bij de opstanding zal ook ons lichaam opstaan uit het graf en weer herenigd worden. Lichaam en ziel zullen dan volmaakt zijn.  

Het mooie is dat de Heere de ziel van een gelovige al hier in dit leven zegent. Oprecht gelovigen zijn bijzonder gerust en veilig bij de God van de waarheid. ( Jesaja 65: 16 ) Zij vinden zichzelf gelukkig omdat ze het eigendom van Jezus Christus zijn. “ Mijn dienaren zullen een nieuwe naam krijgen. Die naam zullen ze gebruiken als ze mensen zegenen. Of als ze iets plechtig beloven en zeggen: dat beloof ik plechtig. Zo zeker als God leeft. De God die betrouwbaar is! “ Dat is schitterend mooi! We hoeven niet voor onszelf op te komen, want we hebben een God die dat voor ons zal doen. 

“ Wees niet bang als iemand steeds rijker wordt, als hij veel meer heeft dan jij. Bij zijn dood kan hij niets meenemen. Zijn rijkdom gaat niet mee in het graf. Misschien is hij wel trots op zijn succes, en wenst iedereen hem geluk. Maar hij sterft, net als zijn voorouders. Hij zal het daglicht nooit meer zien. Een mens met veel geld, maar zonder verstand, is niet meer dan een dier dat doodgaat. “ 

Dat klinkt heel naargeestig, en dat is het ook. Ongetwijfeld heeft de dichter de bedoeling gehad om iedereen te waarschuwen, zoals later Jezus Zelf dat zou doen. 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *