Op weg naar Pinksteren ( 1 ) .

 
“ Jezus leeft!” Met grote blijdschap en diepe overtuiging had Maria uit Magdala de leerlingen deze woorden toegeroepen. Alles wat Hij tegen haar gezegd had als een blij getuigenis in hun midden neerleggend. Maar de Bijbel vermeldt weinig vreugdevolle reacties op deze woorden. Helemaal niets zelfs! Op de avond van de eerste dag van de week hadden de discipelen de deuren afgesloten omdat ze bang waren voor de Joden. Terwijl de Heere Jezus vrouwen als eersten getuige liet zijn van Zijn opstanding, geloofden zij hen niet. ( Lucas 16: 11 ) Hun ongeloof was een afspiegeling van de cultuur van die tijd waarin weinig geloof gehecht werd aan de getuigenverklaring van een vrouw. Wat een contrast met de houding van Christus! Hij gaf vrouwen respect en aandacht, nam hun vragen serieus, nam het voor hen op. Verkoos hun gezelschap vaak boven dat van de farizeeën en schriftgeleerden en liet hen – ongeacht de sociale controle – bijzonder dicht bij Hem komen. ( Lucas 10: 38 – 39 / Joh. 11: 2 / 12: 1-8 / Joh.11: 28 -32 / Lucas 10: 39 ) .
Op de avond van de eerste dag van de week waren de leerlingen bij elkaar gekomen. Hun angst en ongeloof zorgden ervoor dat ze de deuren van het huis potdicht hielden, zodat de Joden hen niet met een vergeldingsactie zouden verrassen. Bijzonder begrijpelijk! Ze werden gekweld door hun geweten, vanwege hun houding op het moment van Jezus`arrestatie. Weggelopen waren ze, en ze hadden hun Meester in handen gelaten van de menigte die met stokken en zwaarden op een angstaanjagende manier tekeer was gegaan.( Marcus 14: 50 ) !
Daar zaten ze met z`n elven. Judas was er niet meer. Hij had zelfmoord gepleegd na het verraad. Het traumatische decor van die gruwelijke nacht vol wreedheden stond hen voorgoed op het netvlies gebrand. Zelfs de boodschap van Maria veranderde daar niets aan. Alles was totaal verloren. De zaak van de Meester, de zaak van hun ziel……………….
“ Ik wens jullie vrede!”  klonk plotseling de stem van hun Meester.
Wat? Vrede?
Het gekwelde geweten van de leerlingen werd direct gestild door deze heerlijke groet! Vol blijdschap zagen ze de Heere Jezus aan. Geen vergissing mogelijk, daar zagen ze de doorboorde handen en de doorboorde zijde. Stille getuigen van het bitter lijden en sterven aan het gruwelijke kruis. De aanblik striemde hun geweten opnieuw. Maar nog eens klonk de verzekering: “ Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader Mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie! “ Jezus bleef het Grote Voorbeeld! In Zijn liefde zweeg Hij. Hij was de Held, die hen kwam verlossen! ( Sefanja 3: 17) De zaak van de Meester was niet verloren. Hij begon nog maar! Ook zij moesten uitgezonden worden, hun opdracht nauw verbonden aan de Zijne.
De Heere Jezus blies over Zijn leerlingen heen met de woorden: “ ontvang de Heilige Geest. Als jullie iemands zonden vergeven, zo zijn ze vergeven. Vergeven jullie niet, dan zijn ze niet vergeven.” Dit gebaar herinnerde aan het begin! Aan de schepping, toen God de mens de levensadem inblies. ( Gen. 2: 7 ) Jezus` handeling kondigde de schepping van een nieuwe mensheid aan. Door de verkondiging van de vergeving van zonden zou  deze de levensadem van de opstanding ontvangen, tot een levende Hoop worden, aan de eeuwige dood ontrukt!

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *