Hebreeën 11 : 6 – 10

Door zijn geloof ging Abraham toen hij geroepen werd, gehoorzaam op weg naar een plaats die hij in bezit zou krijgen, en hij ging op weg zonder te weten waarheen. Door zijn geloof trok hij naar het land dat hem beloofd was maar hem nog niet toebehoorde. Samen met Isaac en Jakob, medeerfgenamen van de belofte, woonde hij daar in tenten, omdat hij uitzag naar een stad met fundamenten, door God Zelf gebouwd. ( Hebr. 11 : 6 – 10 ) 

Abraham gaf blijk van zijn geloof toen Gods bevel over Isaac de eerder gedane belofte scheen tegen te spreken. De belofte aan Abraham en zijn nageslacht zou immers onvermijdelijk op Isaac overgaan. Abraham geloofde dat de Heere Zijn belofte zou houden. Gelovig gehoorzamend aan Gods roep trok Abraham weg uit Ur. Hij had er geen notie van wat zijn toekomstige woonplaats zou zijn, maar geloofde de belofte dat God hem en de zijnen een nieuw land als erfenis geven zou. ( Gen. 12 : 1 – 5 ) 

Al was Kanaän het land van de belofte, toch voelde Abraham zich er niet thuis. Hij was een bewoner zonder landbezit en burgerrechten. Bovendien had hij er geen vaste verblijfplaats, maar sloeg zijn tenten nu eens hier, en dan weer daar op. Precies hetzelfde gold voor Isaac en Jakob, voor wie Kanaän ook het beloofde land was. Meer dan dat, ze werden door de Heere verzekerd van het binnengaan in het eeuwige leven. De hemel, of het hemelse Jeruzalem waren hun uiteindelijke bezit. Daarvan was het beloofde land een model. Terwijl Abraham als een nomade rondzwierf, keek hij verlangend uit naar de stad die door God zelf was ontworpen en gebouwd. Van deze stad gold dat ze – in tegenstelling tot de tenten waarin de aartsvaders woonden – fundamenten heeft. Dit is een beeld van de vastheid, duurzaamheid en veiligheid van het hemelse Jeruzalem.

De roepstem van de Elohim betekende een radicale roeping van de hemel. Hierdoor werd Abraham bekeerd van de afgoden van zijn vaderlijk huis. ( Genesis 12 : 1 ) Tijdens het gesprek dat van de hemel naar de aarde ging, en het Goddelijke plan met de mensheid openbaarde, beloofde God aan Abraham dat het land waarheen hij reizen moest, zijn erfelijk bezit zou worden. Het bijzondere en unieke was dat Abraham zijn eigen wil en wijsheid aan de wil en wijsheid van God onderwierp. Hij wist absuluut niet wat de toekomst hem brengen zou, maar hij vertrouwde blindelings op God. Dit motief van volkomen vertrouwen tegen alle redenatie in vind je bij alle kinderen van God die uiteindelijk grote geestelijke leiders van het volk Israël geworden zijn. De weg die de Heere met Abraham ging, kan ons bemoedigen als we niet zo goed begrijpen wat de Heere van ons vraagt. Uiteindelijk heeft Abraham slechts als vreemdeling in het land Kanaän gewoond. Hij heeft er geen huis tot zijn eigendom gehad maar hij heeft in tenten gewoond, net zoals Isaac en Jakob. Het geloof is Abrahams grote steun en toeverlaat geweest in alle beproevingen die hem overkwamen. 

Lees meer over Abraham op mijn website. Abraham ( 2 ) – The Bible Explorers (thebible-explorers.nl)

Er doen allerlei bijzondere verhalen de ronde over Abraham. Christenen houden zich aan de openbaring uit de Bijbel vast. Toch is het de moeite waard om de invloed van deze Oud-Testamentische profeet van Jahweh na te gaan. 

Monotheïst
Abraham is voor joden het toonbeeld van gastvrijheid, naastenliefde en wetgetrouwheid. Hij is de vader van alle mensen die zich tot de ware God bekeren. Volgens joodse overleveringen was Abraham de eerste monotheïst. Hij geloofde niet in God omdat God hem dat opdroeg, maar omdat hijzelf ontdekte dat er slechts één God is.

Afgodsbeelden
In de midrasjim, de rabbijnse commentaren op de Tora, worden verhalen over Abraham verteld die niet in Genesis staan. Daarin wordt hij beschreven als een rationeel mens die de absurditeit van veelgoderij en idolatrie wil aantonen. Volgens de midrasj Genesis Rabbah 38 dreef Abrahams vader Terach een handel in afgodsbeelden. Toen zijn vader eens niet thuis was, sloeg Abraham alle afgoden op de grootste na aan gruzelementen. Bij thuiskomst eiste Terach een verklaring. Abraham zei dat het grootste beeld de kleinere beelden had vernietigd zodat hij de aan hun gebrachte graanoffers kon pakken. Terach geloofde dit verhaal niet; beelden zijn daartoe immers niet in staat. Precies mijn punt, antwoordde Abraham.

Koning Nimrod
In de Talmoed (Baba Batra 91a) staat dat de geboorte van Abraham was voorspeld door de astrologen van koning Nimrod, die de komst van iemand als Abraham als een bedreiging voor zijn eigen macht beschouwde. Toen Abraham geboren was, verborg Terach hem uit angst voor de koning in een grot. Op driejarige leeftijd verliet Abraham de grot en ontdekte hij dat er één God is die hemel en aarde geschapen heeft. De Talmoed beschrijft Abraham verder als een wijze en een groot astroloog.

Tempel
Koning Salomo liet volgens de joodse traditie de tempel bouwen op de berg Moria, waar Abraham zijn zoon Isaak had willen offeren. De Sjachariet, het joodse ochtendgebed, zou terug gaan op Abraham, die voordat hij naar Moria trok vroeg was opgestaan (Gen. 22,3) om te bidden tot JHWH. 

 

Elly & Rikkert- Al Je Haren Zijn Geteld – YouTube