Exodus 13

Nadat de Heere God tien plagen over het land Egypte uitgestort had, mochten de Israëlieten het land eindelijk verlaten. ( Ex. 12 : 51 ) Ze trokken langzaam maar zeker verder, het volk van God. Mannen, vrouwen en kinderen, met een grote hoeveelheid vee die pratend, zingend, loeiend, blatend en balkend verder trokken. De toekomst was onzeker, maar de Heere was erbij. Zo trokken ze op van het land Gosen naar Sukkot. ( Exodus 12 : 37 ). De Heere trok voor hen uit, maar voordat er verdere reisinstructies gegeven werden, kregen ze nadere bepalingen over het dienen van de Heere. 

Terwijl het volk langzaam Sukkot naderde begon de Elohim tot Mozes te spreken en gaf hem een nieuw gebod. De achtergrond van dit gebod lag in de gebeurtenissen die ze net achter de rug hadden. Enkele dagen geleden hadden de Egyptenaren hun eerstgeborenen verloren. Ook alle eerstgeboren dieren waren verloren gegaan. ( Exodus 12 : 29 ). 

De oudste zonen van de Israëlieten waren gespaard, omdat hun vaders de deurposten van de huizen met het bloed van het paaslam hadden bestreken. ( Ex. 11 : 7 / 12 : 7 ) 

Die eerstgeboren zonen wilde de Heere nu hebben. Zowel die van de mensen, als van de dieren. In de toenmalige samenleving werden de oudste zonen als de belangrijksten van een gezin beschouwd. De Heere had hun leven eveneens kunnen nemen, maar Hij spaarde al die levens omdat ze Hem toebehoorden. 

Mozes hoorde alle instructies van de Heere eerbiedig aan, en gaf ze door aan het volk Israël. Hij herinnerde zijn volk aan de bevrijding uit de slavernij. Ze moesten dit heugelijke feit blijvend herdenken, door het eten van ongezuurd brood. ( vs 3 – 10 ), en daarbij moesten ze hun eerstgeborenen heiligen. ( vs 11 – 16 ) Elke Israëliet werd opgeroepen om het feest van de ongezuurde broden heel precies in acht te nemen. Het was een feest dat ze altijd zouden moeten blijven vieren, ook wanneer ze eenmaal in het Beloofde Land aangekomen zouden zijn. Het was een feest van zeven dagen. Op de zevende dag kreeg het feest een extra dimensie, dan was het alleen ter ere van de Heere. De regelgeving rondom het feest werd nader ingevuld door de oproep om al het zuurdeeg uit het hele land te verwijderen. Het belang van dit feest was zo groot dat de vaders van Israël opgeroepen werden om hun zoons de ins en outs van het feest heel precies bij te brengen. De vaders moesten hun zoons vooral inprenten dat het eten van ongezuurde broden heenwees naar de bevrijding uit Egypte. Het ritueel herinnerde aan wat de Heere bij de uittocht voor het volk van Israël had gedaan. ( vs 9 ) 

Het vieren van het feest was te vergelijken met het aanbrengen van een teken op de hand, en een merk op het voorhoofd. Het latere Jodendom heeft de vermelding van deze herinneringstekens niet uitsluitend als een beeld opgevat, maar bracht ze daadwerkelijk aan op het voorhoofd en op de handen. Doordat deze tekens voortdurend zichtbaar waren, konden ze ze niet vergeten. Op precies dezelfde manier functioneerde het feest zelf, het kon eenvoudigweg niet vergeten worden, want het moest elk jaar gevierd worden. Elk jaar op een vaste tijd, de maand Abib, om precies te zijn. ( vs 10 ) 

Nadat Mozes deze regels precies uitgelegd had, ging hij verder over de eerstgeborenen. Daarbij greep hij vooruit op de situatie in het Beloofde Land. Iedere eerstgeborene uit het vee, van het mannelijk geslacht, moest aan de Heere worden gewijd. Ezels namen een uitzonderingspositie in, omdat zij golden als lastdieren, en in die hoedanigheid een belangrijke economische functie hadden. De jongen van een ezel mochten worden vervangen door een lam. Wanneer dit niet kon, moest de nek van het ezelsveulen worden gebroken. Dat dier zou nergens meer voor dienen, want het bloed zou in het dier blijven, en daarom onrein worden. Hier zit een betekenis achter. Wanneer we ons niet helemaal aan de Heere wijden, met ons hele hart, dienen we nergens anders voor. Het is de Heere die ons leven zin en betekenis geeft. 

Een eerstgeborene onder de mensen moest altijd worden gelost. Een lossing van vijf sikkels. ( Num. 18 : 16 ) De lossing van mensen wees heen naar de tiende plaag in Egypte. In die nacht had de Heere ook de eerstgeborenen van de Israëlieten kunnen nemen, maar Hij deed het niet. Eeuwen later zou de Heere Jezus Zijn leven voor hen geven met Zijn dierbaar bloed. 

Zo bereidde deze instelling de Israëlieten voor op het werk van de Heere Jezus, die optrad als Losser van een verloren wereld. ( Matth. 20 : 28 / 1 Tim. 2 : 6 ) Nadat Mozes dat allemaal uitgelegd had, sloot hij zijn woorden af met een krachtige oproep om Gods woorden te onthouden, en na te volgen. 

De woestijnreis ging verder, het leger Israëlieten liep langzaam maar zeker voort. Ze stonden onder de rechtstreekse leiding van de Heere, de God van Israël. Hij beval de Israëlieten om niet de weg van de Filistijnen te nemen. Dat was opvallend, want het was de kortste weg naar Kanaän. Je zou denken dat deze weg wel de voorkeur genoot. Maar er lagen ook allerlei garnizoenssteden langs die route. Het langstrekkende volk zou gemakkelijk een oorlog doen ontstaan. De Israëlieten zouden hierdoor snel ontmoedigd kunnen raken, en hun reis kunnen staken. Ze zouden zelfs terug kunnen keren naar Egypte, en dat mocht niet gebeuren. Om die reden leidde God het volk langs een andere weg verder. Ze trokken op uit Sukkot en liepen in de richting van de woestijn, om bij de Schelfzee aan te komen. 

Het ging er rustig en ordelijk aan toe. Daar liepen ze, eindelijk vrij! Tussen de rijen mensen liepen ook een aantal mannen die het gemummificeerde lichaam van Jozef met zich meedroegen. Jozef wilde niet in Egypte achterblijven. Hij had bij zijn dood aangegeven dat hij in het Beloofde Land begraven wilde worden, en zo gebeurde het. De Heere waakt zelfs over het lichaam van zijn gestorven kinderen. 

De Heere zorgde ervoor dat er overdag een wolkkolom boven het grote aantal mensen hing, die `s nachts in een vuurkolom veranderde. In Exodus 14 : 19 kun je lezen over de relatie tussen de Engel van God die Israël leidde, en een vuurkolom die het volk in de nacht nabij was. 

De Heere was merkbaar, en toch ook in een verhulde vorm, aanwezig! De vuur en wolkkolom wezen al heen naar de latere openbaring van de Heere op de berg Sinaï. Daar openbaarde Hij zich ook in een wolk, en in rook en vuur. ( Exodus 19 en 24 ) 

Deze tekenen waren een zichtbaar bewijs van de trouw van God, want de wolk en de vuurkolom weken nooit. ( vs 22 ) Hoewel wij de Heere niet kunnen zien, wil Hij ons nog steeds zichtbare tekenen geven van Zijn aanwezigheid, Zijn liefde en Zijn trouw in ons ( kerkelijk ) leven. Hij wijkt geen moment van onze zijde, als wij Hem dienen met een oprecht hart. 

De Heere God was en blijft de Schepper van al het leven. Hij heeft recht op alle mensen, op het beste van ons, het belangrijkste deel van ons leven. Daarheen wees de heiliging van de eerstgeborenen. De bevrijding van de eerstgeborenen door het bloed aan de deurposten van de huizen te strijken wijst heen naar het Evangelie van Jezus Christus.  

Jezus Christus, de Mensenzoon is naar deze wereld gekomen om te dienen, en om Zijn ziel te geven tot een losprijs voor velen. ( Matth. 20 : 28 ), zodat wij niet verloren zouden gaan. De apostel Johannes zag een visioen waarin het Lam van God werd toegesproken: “ U bent geslacht, en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed. ( Openbaringen 5 : 9 ) Jezus Christus was er altijd al, en heeft Zich onafgebroken ingezet voor onze Redding, voor onze veiligheid, voor onze toekomst. Wat een God! 

One response to “Exodus 13

  1. I see You’re really a good webmaster. The site loading speed
    is amazing. It sort of feels that you’re doing any distinctive trick.
    Also, the contents are masterpiece. you’ve performed a wonderful activity on this subject!
    Similar here: <a href="[Link deleted]sklep and also here:
    <a href="[Link deleted]

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *