Op een warme zomeravond is het buiten heerlijk. We fietsen langs de zeedijk. Passerende wandelaars kijken naar de schepen. Lammetjes dartelen in de wei. Een sfeer van stilte. De lucht is ijl en licht. Mensen roepen elkaar iets toe. Oude mannen in het overdekte praathuisje roken hun pijp en praten over het weer en de politiek. Ze steken hun hand op, wij ook. Heerlijke rust.
Een zomeravond in Parijs, Londen, Wenen of Praag is anders. Overal stadsgeluiden. Als het avond wordt, lopen de mensen keurig gekleed langs de kade van de Seine, of de Theems. Ze lopen door de parken van Praag of Wenen op weg naar een concert, een restaurant, of een kerk. Wij lopen mee in het kloppende ritme van de stad. Een altijd durende cadans. Als ik `s nachts nadenk over alles wat ik zag, hoor ik de geluiden nog steeds. Ik lach hardop.
Alles heeft z`n charme, en alles heeft zijn tijd.
What a beautiful noise
Comin’ up from the street
Got a beautiful sound
It’s got a beautiful beat
It’s a beautiful noise
Going’ on everywhere
Like the clickety-clack
Of a train on a track
It’s got a rhythm to spare
It’s a beautiful noise
And it’s a sound that I love
And it fits me as well
As a hand in a glove
Yes it does, yes it does
What a beautiful noise
Comin’ up from the park
It’s the song of this kids
And it plays until dark
It’s the song of the cars
On their furious flights
But there’s even romance
In the way that they dance
To the beat of the lights
It’s a beautiful noise
And it’s a sound that I love
And it makes me feel good
Like a hand in a glove
Yes it does, yes it does
What a beautiful noise
It’s a beautiful noise
Made of joy and of strife
Like a symphony played
By the passing parade
It’s the music of life
What a beautiful noise
Coming’ into my room
And it’s beggin’ for me
Just to give it a tune