Terp Hegebeintum

Het landschap langs de Friese kust draagt zo z’n eigen specifieke kenmerken. Eén ervan is de terp: Een kunstmatige heuvel die door mensenhanden werd ontworpen om bij hoogwater een droge plek te hebben. Regelmatig werden deze heuvels opgehoogd met klei, mest, en huishoudelijk afval. De meeste terpen hebben door de ophogingen een hoogte van enkele meters tot wel zeven meter gekregen. De terp van Hogebeintum spant de kroon en is bijna 9 meter, een respectabele hoogte. Ongeveer 1000 na Christus begon men met de aanleg van zeedijken. Zodoende verloren de terpen hun betekenis als vluchtplaats voor het wassende water. De meeste terpen zijn in de loop van de tijden afgegraven, want de aarde waaruit de terp bestond was uiterst vruchtbaar. De boeren konden deze vruchtbare grond erg goed gebruiken voor de bemesting van de bodem. De terp van Hogebeintum is niet meer zo groot als hij in zijn oorspronkelijke staat was, toch is er nog een steil maar markant gedeelte over.

 

Boven op de hoge terp ligt een schitterend klein kerkje. Geschiedkundigen denken dat het kerkje in verband stond met het klooster Foswerd in Ferwerd. Frans en ik bezochten de kapel jaren geleden, in onze verlovingstijd. We waren toen al onder de indruk van de lichtval door de hoge ramen, en de hele sfeer in het kerkje. Helaas ligt Hogebeintum erg ver van Zeeland vandaan, we waren er graag getrouwd. 

Deze zomer bezoeken we de kerk opnieuw! We fietsen erheen door het zonnige Friese land, en worden door een vriendelijke gids opgewacht. Zij zal ons de details van het eeuwenoude landschap, de terp en de kerk vertellen. 

We begroeten elkaar en drinken eerst koffie in het gezellige bezoekerscentrum. Daarna lopen we omhoog naar het schilderachtige kerkgebouw. Alleen de klim naar boven maakt een bezoek aan Hogebeintum al de moeite waard. Maar er is meer te zien. We passeren mooie stapstenen die stuk voor stuk een herinnering vormen aan het 19 kinderen tellende gezin van de adellijke familie die op de nabijgelegen Harsta State woonde. Deze familie heeft veel goede daden verricht in de omgeving waarin ze woonden. Helaas ging de hoge kindersterfte die in de vroege eeuwen heerste, niet aan deze familie voorbij. Verschillende kinderen stierven in het jaar waarin ze geboren werden, sommige werden maar enkele jaren oud. Ik kan me niet voorstellen hoe dat geweest moet zijn, zoveel kinderen krijgen niet, maar 7 van de 19 kinderen aan de dood verliezen ook niet. 

We naderen het  smeedijzeren hek van de kerk. Het staat uitnodigend open.  Rondom het kerkje is een begraafplaats. Er mogen alleen mensen begraven worden die in de nabije omgeving van Hogebeintum gewoond hebben. We zien een pas gedolven graf, en veel bloemen. Maar we zien ook scheefgezakte stenen, waarvan de inscriptie nog maar nauwelijks leesbaar is. 

Luisterend naar de gids gaan we het kerkje binnen, het is versierd omdat er die middag een bruiloft zal zijn. De sfeer is sereen. Het zonlicht schijnt mooi, en gefilterd door de hoge ramen. Het plafond van het kerkje bestaat uit een houten tongewelf. Boven en naast de preekstoel zijn bij de laatste restauratie muurschilderingen uit de 12e eeuw gevonden. We zien meerdere houtsnijwerken die Christusfiguren en engelen voorstellen. Binnen in de kerk bevinden zich grafzerken, de meeste zijn van de adellijke familie Coehoorn. Aan de rechterkant van de preekstoel is  ook een prachtige herenbank, met kandelaars aan weerskanten. 

De muren van de kerk zijn behangen met bijzondere borden, zogenaamde rouwborden. Ze verwijzen allemaal naar bewoners van Harsta State. Elk bord spreekt een eigen taal en zit vol symboliek. Zo zie ik een bord met bloemenranken, die afgetopt zijn. Ze symboliseren het jonge leven van één van de dochters van de familie Coehoorn die op jonge leeftijd overleden is. Met haar dood kwam er een eind aan de geslachtslijn van de familie, aldus de gids. 

De gids vertelt, Frans luistert aandachtig, ik zwerf intussen de ruimte door. Ik kijk op de preekstoel – wat is het krap daarboven, je kunt je er nauwelijks bewegen! – en bekijk de eeuwenoude kanselbijbel. Wie hebben hier gestaan, en welke woorden van God zijn er van deze kansel aan de luisteraars gebracht? Hebben die woorden de mensen vertroosting, Geest en leven gebracht? We horen van de gids dat er in dit gebied ook veel slavenarbeid gedaan is. Er leefden grote herenboeren die hun personeel uitgebuit hebben. Mochten deze mensen naar de kerk op zondag, of moesten ze altijd werken? 

Er zijn door de eeuwen heen  grote overstromingen geweest in Friesland. In 1703 publiceerde Thomas Gutberieth al een gids met Nederlandse Watervloeden die tussen 860 en 1703 plaatsvonden. 

Dan was er de Elisabethvloed in 1421, en de Allerheiligenvloed in 1570. In 1703 vond er een grote vloed plaats die ook Engeland en Wales  troffen. In 1717 was er de Kerstvloed. Wat een doden zijn er  te betreuren geweest in dit gebied. Er moeten veel rouwdiensten gehouden zijn hier, dat kan niet anders. 

De eeuwen zijn voorbij gegleden. Vandaag staat er nog een klein, mooi kerkgebouw daar op die hoge terp van Hoge Beintum. Vanmiddag zal er een jong stel elkaar trouw beloven. Buiten ligt een graf van een jonge overledene. Dood en leven, alles gaat door. Zolang de aarde bestaat zal er een tijd zijn om te zaaien, en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn, en hitte, zomer en winter, dag en nacht, nooit komt daar een einde aan. ( Genesis 8 : 22 ) 

We lopen de weg terug naar beneden. Er zijn mensen bezig in hun tuinen. Ze lachen ons toe, en wisselen vriendelijke woorden uit. Wij ook. 

Geef een reactie