Een lied voor de zangleider. Dit lied wordt op de harp gespeeld. God laat ons Uw liefde zien en maak ons gelukkig. Wees bij ons en bescherm ons. Dan zal iedereen zien dat U mensen redt, iedereen zal zien dat U mensen leidt. Laten alle volken over U zingen God. Laat iedereen U prijzen. Laten de mensen blij zijn en juichen, want U bent een eerlijke Rechter. U heerst over alle landen op aarde. God, laten alle volken over U zingen, laat iedereen U prijzen. Onze God gaf ons een goede oogst. Hij maakt ons gelukkig. Laat Hij ons steeds weer gelukkig maken. Dan zal iedereen Hem eren, iedereen op de hele aarde.
Psalm 67 is waarschijnlijk een liturgisch gebed waarin de auteur aan God vraagt of Hij Zijn zegen zodanig zichtbaar wil maken dat de hele wereld God zal erkennen. Je kunt gerust stellen dat de dichter de geest van de profetie gehad heeft om op deze manier om de uitbreiding van Gods koninkrijk te vragen. Veel verklaarders gaan ervan uit dat we het psalter moeten plaatsen tegen de achtergrond van een herfstfeest, waarschijnlijk het Loofhuttenfeest. Er staat namelijk dat het land een rijke oogst heeft gegeven. Je kunt de betekenis van het lied ook algemener maken. De dichter heeft dan het oog op de algemene heerschappij van God. De psalm spreekt verder vooral van een toekomstige zegen. Nergens wordt aangegeven in welke tijd het lied geschreven is.
Psalm 67 is voor de koorleider, de dirigent, geschreven en wordt met snarenspel gespeeld.
One Hour of Instrumental Harp Hymns – YouTube
Het lied begint met een zegenbede. In dit gebed vraagt de dichter of God genadig wil zijn, Dat is een bede om vergeving, ontferming en hulp. Hij bidt of de Elohim Zijn zegen wil geven en Zijn aangezicht over het volk wil doen lichten. Deze woorden zijn een zinspeling op Numeri 6: 24-26 waar je de Aäronitische zegen kunt vinden. Het is frappant dat de dichter om een zegen bidt maar deze zegen niet doorgeeft aan de rest van het volk. De dichter moet wel door de Heilige Geest gedreven zijn om zo intens en hartelijk voor het volk te bidden. Maar, wilde hij eerst de zegen daadwerkelijk ontvangen en uit Gods eigen mond horen voordat hij die verder gaf?
De auteur bidt voor mensen in het meervoud. Er is verschil met de zegen van Aäron. Dat verschil vind je in de aanspreekvorm van JHWH, die hier ‘ Elohiem’ wordt genoemd. JHWH betekent: Here maar ‘ Elohiem’ betekent; God.
De dichter vraagt niet of God over hen wil schijnen, maar of Hij met hen wil schijnen. Het is de dichter dus heel nadrukkelijk erom te doen dat de Elohiem met het volk van Israël zal zijn.
In deze psalm richt de zegen zich vooral op de vruchtbaarheid van het land. Dat is ook logisch omdat het om een oogstlied gaat. Het schijnen van Zijn aangezicht houdt in: Zijn nabijheid, aanwezigheid.
Het eerste refrein roept alle volken op om God te loven want de profetische dichter wil zo graag dat iedereen God zal loven en prijzen. Hij voert als reden voor zijn wereldomspannende oproep en verwachting aan dat God alleen de volken rechtmatig en op de juiste wijze bestuurt. Hier wordt deze uitdrukking verbreed tot alle volken van de wereld. Zoals God Israël leiding geeft, betreft Zijn bestuur ook de hele wereld, schrijft de dichter. De dichter spreekt opnieuw de wens uit dat alle volken God zullen loven.
Het afsluitende deel van het psalter zet in met de mededeling dat de aarde haar gewas geeft en heeft gegeven. Rijke oogsten vormen het bewijs dat God nabij is. Deze werkelijkheid is voor de psalmist een teken dat God opnieuw wil zegenen. De zegen is niet alleen gericht op het welzijn van Israël, maar op dat van alle volken in de hele wereld. Het is tegelijkertijd een zegen die gericht is op de verheerlijking van Gods naam tot aan de uiterste einden van de aarde. Op deze manier voert het psalter terug naar de verbondsbelofte gedaan aan Abraham in Genesis 12: 3.
In Abraham zouden alle volken van de aarde gezegend worden, zo had God beloofd. Andere profeten uit de tijd voor en na de ballingschap hebben dezelfde profetieën gedaan. ( Jesaja, Micha en Zacharia.)
Jezus Zelf heeft woorden geuit met een dergelijk, wereldwijd karakter. ( Matth. 28: 18/ Hand. 1: 8 / 28: 28). In Jezus worden de woorden van psalm 67 vervuld en de scheiding tussen Jood en heiden opgeheven. ( Efeze 2: 11 – 22 )
Het wordt ons door het lezen van dit psalter haarscherp en duidelijk: al ons geluk komt van God vandaan, en van Zijn genade. Het was de dichter erom te doen dat het volk van Israël deel kreeg aan de Goddelijke beloften met al het goede dat daarin vervat was.
De dichter bad daarnaast om de bekering van de heidenen. Hij bad om Goddelijke openbaring, om de instelling van een Goddelijke eredienst, en om erkenning van de regering van God zodat alle volken zouden mogen delen in de rijke beloften van God.
Met de oorlog in Israël lijken vrede een eenheid onder de volken verder weg dan ooit. Als christenen zijn wij daar ook ontdaan over, en voelen we ons erg ongerust. Toch blijven we bidden om zegen, om vrede en om de vervulling van Gods beloften.