Mattheüs 26 : 57 – 60

“Zij, die Jezus gevangen genomen hadden, leidden Hem voor aan Kajafas, de hogepriester bij wie de schriftgeleerden en de oudsten bijeengekomen waren. Petrus volgde Hem op afstand tot op de binnenplaats van het paleis van de hogepriester. Daar ging Hij tussen de knechten zitten om te zien hoe het zou aflopen. De hogepriester en het hele Sanhedrin probeerden een valse getuigenverklaring tegen Jezus te laten afleggen op grond waarvan ze Hem ter dood zouden kunnen veroordelen, maar ze vonden er geen, hoewel zich vele valse getuigen meldden.” 

Voor Zijn glorie wachtte Jezus het lijden. Er werd een complot tegen Hem voorbereid, maar Mattheüs onderbrak zijn verslag met de beschrijving van de zalving in Betanië. ( 26 : 6 – 13 ) Dit hele gebeuren wekte de verontwaardiging van de discipelen op. Misschien heeft het nog wel bijgedragen aan het besluit van Judas om de Heere Jezus te verraden. De buitensporige gift van de vrouw aan Jezus – een zeer kostbare olie – stond in schril contrast tot de paar zilverstukken die voor de Heere Jezus uitbetaald werden en waar Judas zich tevreden mee stelde. Het laat duidelijk zien dat de waarde van de Heere Jezus voor de ene mens onbetaalbaar is, en tegelijkertijd voor de andere mens van geen enkele waarde. Zo is dat nog steeds. De ene mens zal de Heere Jezus vergeten en Hem niets waard achten,  de ander zal Hem verdedigen op een manier die Hij niet wil ( Petrus die het oor van de dienstknecht  afsloeg ) , en velen zullen als Zijn leerlingen van Hem wegvluchten. Dat komt omdat wij onvolmaakte mensen zijn. 

Jezus werd gearresteerd en aan de Joodse autoriteiten voorgeleid. Het zorgde voor een schouwspel dat oneerlijkheid, onbegrip, dubbelzinnigheid en ironie met elkaar mixte. Alle achting voor het Sanhedrin zou verloren gaan. Het was bijzonder onlogisch en viel alleen maar te verklaren uit het feit dat dit gebeurde omdat de Schriften en de profeten vervuld moesten worden. De leerlingen die eigenlijk bij Hem hadden moeten blijven, vluchtten weg en zo bleef Jezus helemaal alleen achter. Hoewel het in het holst van de nacht was, bleef het hele Sanhedrin in de tempel, klaarwakker voor de zitting waarnaar ze zo lang uitgekeken hadden. De belangrijkste leraren en bestuurders van de Joodse kerk waren bijeenvergaderd in het paleis van Kajafas de Hogepriester. Daar hadden ze twee dagen eerder een vergadering gehouden om het komplot tegen Jezus te voeren. Ze waren er teruggekeerd om hun plan ten uitvoer te brengen. Het huis van Kajafas dat een toevluchtsoord voor verdrukten had moeten zijn, was een troon van ongerechtigheid geworden, een moordernaarstribunaal. 

De Romeinse soldaten joegen Jezus naar dit Sanhedrin. Het was door de Raad en voorkennis van God besloten dat de Heere Jezus door de schaapspoort binnengebracht werd, de poort waardoor de offers naar de tempel gevoerd werden. Hoewel Petrus er in paniek vandoor gegaan was, kon hij Zijn Meester niet zomaar alleen laten. Hij nam een omweg en volgde de barbaarse troep die Jezus als een trofee met zich meesleurde. Toen Petrus Zijn Meester voorgeleid zag worden ging hij naar de plek waar het bedienend personeel zich ophield, en voegde zich onopgemerkt tussen het personeel dat om het vuur stond. 

Intussen werd Jezus aan een ruw verhoor onderworpen. Het Sanhedrin had geprobeerd om getuigen te vinden die Hem van valse leer en Godslastering wilden beschuldigen. Jezus was vastgegrepen, gebonden en mishandeld, maar er was nog geen enkel bewijs aangevoerd als reden voor Zijn mishandeling en inhechtenisneming. Daarom ging er als een lopend vuurtje een bericht door de stad dat iedereen die inlichtingen over Jezus verstrekken kon, direct gehoord zou worden. Het was nodig om een passend bewijs te vinden om de Heere Jezus ter dood te veroordelen. Maar dat viel niet mee! Het ene na het andere argument werd afgewezen. Om Jezus de doodsstraf te kunnen geven moesten er twee getuigen zijn die precies hetzelfde zouden zeggen, maar dat lukte eerst niet. Tenslotte meldden zich twee getuigen die zeiden: ‘’ Deze man heeft gezegd dat Hij de tempel af kan breken en binnen drie dagen weer op kan bouwen. “  Dat leek steekhoudend te zijn.  Jezus leek een Man die de vernietiging van de tempel zocht. Hij kon heel goed aan tovenarij of aan onwettige kunsten doen, want wie was tot iets dergelijks in staat? Zo werden de goede mooie woorden van de Meester waarmee Hij de mensen over Zijn bitter lijden en sterven verteld had ( Johannes 2 : 18 – 22 ) verdraaid, en werd Hij beschuldigd om ter dood veroordeeld te worden. Iedereen ging volkomen voorbij aan de vele wonderen die Hij had verricht. 

Het Sanhedrin stapelde de ene overtreding op de andere. Het proces tegen Jezus had eigenlijk overdag uitgevoerd moeten worden, maar werd overhaast uitgevoerd en er werden valse getuigen naar voren geschoven ( Deut. 19 : 16 – 20 ). Bovendien werd de aangeklaagde mishandeld, wat zeer tegen de wet inging. De tragische ironie van de hele situatie was dat de getuigen uiteindelijk gelijk zouden krijgen, de tempel zou worden verwoest, er zou geen steen van de ene op de andere blijven liggen. ( SB, SV met uitleg, MH, SBiPerspectief, SV kantt ) 

One response to “Mattheüs 26 : 57 – 60

  1. You are actually a excellent webmaster. This site loading
    speed is amazing. It kind of feels that you’re doing any
    distinctive trick. Furthermore, the contents are masterpiece.
    you have performed a fantastic activity on this topic!
    Similar here: <a href="[Link deleted]online and also here: <a href="[Link deleted]sklep

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *