Marcus 15: 1-15

Jezus was gevangen genomen. `s Ochtends vroeg kwamen alle priesters, wetsleraren en leiders van het volk bij elkaar. Ze overlegden wat ze met Jezus zouden doen. Waarschijnlijk werd er geen nieuwe vergadering van het Sanhedrin bij elkaar geroepen maar werd de reeds begonnen vergadering voortgezet. De uitdrukking ‘ symboulion poieo’ kan betekenen: ‘ een vergadering houden ‘ of ‘ een besluit nemen. ‘ Het besluit dat nu genomen werd was dat Jezus door Pilatus veroordeeld zou worden. Zo op het oog leek er niets meer over van de missie van onze Heere Jezus Christus. Weggevoerd en overgeleverd restte er Hem niets anders meer dan het doodvonnis. 

Heel vroeg in de morgen werd er een gebonden man naar de raadszaal gevoerd. Daar werd Hij opgewacht door Pilatus. Een uiterst wreed iemand. Hij was de vijfde procurator van Judea en zo gemeen en misdadig dat hij in 36 na Christus om die reden afgezet werd. Pilatus keek neer op iedereen en zeker op de Joden. Hij had totaal geen respect voor hun godsdienstige overtuigingen. Omdat Marcus niet het hele verhoor van Jezus beschreven heeft, is het goed om er de beschrijvingen van de andere leerlingen bij te nemen om een completer beeld van de hele situatie te krijgen. De leden van het Sanhedrin gingen het rechtshuis niet binnen, Pilatus kwam naar buiten ( Joh. 18: 28-29) om te luisteren naar de aanklacht die ze tegen Jezus inbrachten. “ Jezus wil dat het volk in opstand komt. Want Hij zegt dat je geen belasting meer moet betalen aan de keizer van Rome. En Hij zegt dat Hij de beloofde koning is. “ riepen de Joden woedend. Pilatus luisterde naar hun relaas en ging vervolgens  het gerechtsgebouw weer in om aan Jezus te vragen of de feiten klopten die ze Hem ten laste legden. “ Bent U de koning van de Joden?” vroeg hij op de man af.

De overpriesters waren niet met de aanklacht gekomen dat Jezus Zich de Messias noemde, want met die beschuldiging zouden ze niet gescoord hebben. ( vgl. Hand. 18: 14) Maar wie zich koning durfde noemen pleegde hoogverraad. Zo iemand kwam in opstand tegen de keizer himself. Feitelijk was deze tactische beschuldiging bedrog, want de hogepriesters wisten heel goed dat de term ‘ Messias ‘ voor Jezus van een totaal andere inhoud en strekking was dan voor Pilatus. Op terughoudende toon zei Jezus ‘ U zegt het ‘. Zelf zou Hij het absoluut niet op deze manier gezegd hebben. Als Messias was Hij inderdaad de Koning der Joden maar heel anders dan Pilatus dacht. Volgens Johannes heeft Jezus dat antwoord tegen Pilatus gezegd om Hem duidelijk te maken wat Zijn Koningschap inhield. ( Joh. 18: 33-38). 

Toch was de bekentenis van Jezus voor Pilatus niet genoeg. Hij durfde het niet aan om deze gekwelde Man ter dood te veroordelen. ( vgl. Joh. 18: 38b/ Lucas 23: 4). Pilatus begreep haarfijn dat het Jezus niet om politiek leiderschap ging. De overpriesters mompelden teleurgesteld toen ze de boodschap van Pilatus aanhoorden. ‘ Volgens Mij is Jezus onschuldig ‘ zei Pilatus. De joden begonnen Jezus van vele zaken te beschuldigen. Dingen die totaal niets met Zijn Koningschap te maken hadden. ( zie Lucas 23: 5). Het regende  beschuldigingen. Tegenover al het gekrakeel bleef Jezus stil. Hij verdedigde zich niet en zei niets terug op alle beschuldigingen die Hem ten laste werden gelegd. ( Joh. 5: 45). 

Toen Pilatus hoorde dat Jezus uit Galilea kwam, stuurde hij Hem naar Herodes,  de koning van Galilea. Herodes was ook in Jeruzalem. Het was niet zozeer omdat Pilatus bloed voor zijn hart kreeg met betrekking tot de Heere. Het was er hem veel meer om te doen om de Joden dwars te zitten, want hij had een bloedhekel aan dit onstuimige volk. 

Jezus zei niets meer. Hij had in de jaren dat Hij op aarde rondgewandeld had genoeg gezegd en geleerd. ( Marcus 14: 49) Hij wist dat het helemaal geen zin had om iets te zeggen want de menigte aasde op Zijn bloed. Toen werd de profetie van Jesaja vervuld. ( Jesaja 53: 7). 

Pilatus begreep er niets van. Hij was blij dat hij Herodes bij het proces kon betrekken. Herodes was blij om Jezus te zien. Hij had al ontzettend veel over Hem gehoord. Het meest natuurlijk over de wonderen die Hij had gedaan. Misschien zou Jezus in zijn aanwezigheid wel een wonder verrichten! Maar niets van dat alles. Jezus gaf geen enkel antwoord op de vragen die Hem gesteld werden. 

Intussen bleven de priesters en wetsleraren hun aanklachten scanderen. Pilatus riep de priesters, de leiders en het volk bij elkaar. ‘ Jullie hebben Jezus bij mij gebracht met de klacht dat Hij het volk in opstand brengt. Ik heb Hem verhoord maar volgens Mij klopt het niet wat jullie zeggen. Jezus heeft niets gedaan waarvoor Hij gedood zou moeten worden. Dus ik zal Hem straffen en daarna vrij laten. ‘ 

Het proces van Jezus raakte nu verwikkeld met een jaarlijkse amnestieverlening. Pilatus had de gewoonte om op het jaarlijkse Pesachfeest een gevangene los te laten. Het was een gunst aan het volk, die ook zelf de persoon mocht kiezen die vrijgelaten zou worden. Barabbas was bij een oproer waarbij een dode gevallen was, gevangen genomen. Deze oproeren werden vaak veroorzaakt door Zeloten die zich met geweld verzetten tegen de Romeinse overheid. 

“ Aan de kant met Jezus, weg met die Man! “ schreeuwde de opgewonden menigte. “Jezus moet dood! Hij moet aan het kruis! “ Voor de derde keer zei Pilatus: “Waarom moet ik Jezus doden? Hij heeft toch niets verkeerd gedaan?” 

Dit gebeurde vroeg in de morgen. Wie waren deze mensen en wat bezielde hen om `s morgens vroeg bij het paleis van Herodes te komen? Het waren waarschijnlijk geen pelgrims die in Jeruzalem waren voor het Pesachfeest. Het lijkt er eerder op dat het om een menigte ging die ervan op de hoogte was dat ze voor het aanvragen van een amnestie zo vroeg bij de residentie van de stadhouder moesten zijn. 

Je zou dus kunnen zeggen dat het ‘ toevallig ‘ was dat de twee veroordeelden elkaar kruisten. Maar er gebeurt niets zomaar toevallig. Pilatus dacht dat de  komst van deze menigte hem goed van pas kwam. Stel je voor dat hij Jezus vrij kon laten. Dan hoefde hij Hem niet meer te oordelen. Daarom stelde hij Jezus aan de menigte voor als ‘ de koning der Joden. ‘ Dat deed hij om de indruk te wekken dat Jezus aan hun kant stond. Dat Hij een leider was van hun volk. Een grote misrekening. Want het volk had totaal geen oren naar deze oplossing. 

Opnieuw zei Pilatus tegen de mensen dat hij Jezus vrij wilde laten. Maar de mensen schreeuwden: “Jezus moet dood! Hij moet aan het kruis! “ Voor de derde keer zei Pilatus” waarom moet ik Jezus laten doden? Hij heeft toch niets verkeerd gedaan? Ik zal Hem straffen en daarna vrijlaten.” Maar de mensen begonnen nog harder te schreeuwen dat Hij aan het kruis moest. Het werd een complete opstand daar in de vroege morgen. Pilatus zag dat hij het niet zou redden en daarom besloot hij te doen wat de mensen wilden. Hij liet Barabbas vrij. Barabbas de moordenaar. Jezus gaf hij aan de soldaten mee om te worden gedood. Want dat was waar de mensen om vroegen. 

Jezus was voor de rechtbank van Pilatus door het Sanhedrin beschuldigd van hoogverraad. Dit misdrijf werd in het Romeinse Rijk, afhankelijk van de positie van de veroordeelde, bestraft met vreselijke oordelen. Je werd in de arena voor de wilde dieren geworpen, naar een eiland verbannen, of gekruisigd. Dit wrede oordeel over Jezus stond in fel contrast tot Zijn intocht in Jeruzalem. Hoe kon de publieke opinie binnen enkele dagen zo veranderen? Veel mensen zullen teleurgesteld zijn geweest in Jezus. Hij was zo’n totaal andere Messias dan ze hadden verwacht. Het ligt ook voor de hand dat deze mensen die in de vroege morgen om een amnestie kwamen vragen voor een moordenaar, een ander publiek waren dan de pelgrims die op weg waren naar de tempel in Jeruzalem. ( Matth. 21) 

Pilatus had Jezus vrij willen laten ( Lucas 23: 20 / Hand. 3: 13), maar hij had zich met het gepeupel ingelaten. Terwijl hij de leden van het Sanhedrin nog had kunnen weerstaan, lukte hem dat bij deze menigte niet meer. En zo werd het meest onrechtvaardige vonnis aller tijden beslist.