Lucas 8: 9 – 15

Uit alle steden kwamen er mensen naar Jezus luisteren. Toen er heel veel mensen waren, begon Jezus een verhaal te vertellen als voorbeeld. Hij zei: “ Een zaaier ging naar zijn land om te zaaien. Hij strooide het zaad op het land, en een deel van het zaad viel op de weg. Mensen liepen er overheen, of vogels aten het op. Een ander deel van het zaad viel op de harde grond vol stenen. Dat zaad groeide eerst goed, maar ging dan snel dood doordat het geen water kreeg.  Weer een ander deel van het zaad viel tussen het onkruid. Door het onkruid kon dat zaad niet groeien. Het kreeg geen ruimte en ging dood. Maar een ander deel van het zaad viel in goede grond. Dat zaad groeide en werd goed koren met wel honderd graankorrels. Daarna zei Jezus luid: “ Laat dat goed tot je doordringen! “ 

De leerlingen vroegen aan Jezus wat het voorbeeld van het zaad betekende. Jezus zei: “ Jullie mogen de geheimen van Gods Nieuwe Wereld kennen. Maar de andere mensen krijgen alleen voorbeelden te horen. Op die manier zien ze wel wat er gebeurt, maar ze begrijpen het niet. Ze luisteren wel, maar ze vatten het niet. Jezus zei: “ Ik zal het voorbeeld uitleggen. “ 

De gelijkenis van de zaaier bevat noodzakelijke en voortreffelijke regels en waarschuwingen voor het horen van het Woord. Het hart van een mens is als de grond voor dat Woord. Het is geschikt om het te ontvangen en vruchten voort te brengen. Ons hart zal niets waardevols voortbrengen tenzij het Woord daarin gezaaid wordt. Leerlingen van Jezus moeten er zorg voor dragen dat het strooizaad en de grond samengebracht worden. Het welslagen van het zaaien is bijzonder afhankelijk van de aard en gesteldheid van de grond. 

Satan is een listige en boosaardige vijand. Hij steelt het Woord weg uit het hart van zorgeloze luisteraars, zodat ze niet geloven wat er gezegd wordt, en zalig zullen worden. De duivel stelt alles in het werk om ons van het geloof af te houden. Of, wanneer wij even onze aandacht aan het Woord gegeven hebben, het ons weer laten vergeten. ( Hebr. 2 : 1 ) Wie onverschillig naar het Woord luistert zal er minachting voor hebben, zoals het zaad dat bij de weggevallen was, platgetrapt werd. 

Er zijn mensen op wie het woord indruk maakt, maar niet diep en duurzaam zoals het zaad dat op de harde rots gezaaid was, waar het geen wortel kon schieten. Het gaat hierbij om mensen die geloven, maar als er verzoeking of beproeving komt,  hun  geloof verliezen.

Ook alle goede dingen van het leven kunnen onze ziel ten onder laten gaan. Hiermee wordt aards geluk en aardse blijdschap bedoeld, voor het geval wij ons daar teveel op richten en onze Goddelijke opdracht vergeten. Het is niet genoeg dat we vruchten van geloof voortbrengen, zij moeten tot volle wasdom komen. Anders zou het voor God zijn alsof er helemaal geen vruchten waren. Het is opvallend dat Lucas het in zijn Evangelie over het in volstandigheid voortbrengen van vruchten heeft, terwijl Mattheüs het zelfs over onvruchtbaar heeft ( Matth. 13 : 22 )  

De goede grond die goede vrucht voortbrengt is een goed en eerlijk hart. Een hart dat standvastig op de Heere en op Zijn bevelen gericht is. Het begrijpt het Woord, neemt het aan, en bewaart het. 

Waar het Woord goed bewaart is, geeft de Heere door Zijn Geest mensen het geduld om te volharden in goed te doen. Het zaad van het Woord blijft voortdurend vruchten voortbrengen. Het gaat hierbij vooral om een oprecht, eerlijk en goed karakter. Een hart en een geest die uitgaan naar de wil van God. 

In het Oude Testament wordt het Woord van God voorgesteld als een scheppende en verlossende kracht, de drager van Gods wil. Jesaja schreef: 

“ Zoals regen en sneeuw neerdaalt uit de hemel, en daarheen niet terugkeert zonder eerst de aarde te doordrenken, haar te bevruchten en te laten gedijen, zodat er zaad is om te zaaien en brood om te eten, zo geldt dit ook voor het Woord dat voortkomt uit Mijn mond. Het zal niet vruchteloos naar Mij terugkeren, niet zonder eerst te doen wat Ik wil en te volbrengen wat Ik gebied. “ Jesaja verkondigde met nadruk de doeltreffendheid van het woord waarmee de Heere Zijn plannen volvoeren zou, in het bijzonder de nieuwe schepping. Toen Jezus kwam heeft Hij het geopenbaarde woord van Jesaja herhaald met het uitspreken van de gelijkenis van de zaaier. 

De Israëlieten kenden de profeten. Jezus refereerde steeds aan hen, maar Hij ging verder. Hij spoorde de Joden aan tot een manier van luisteren die tot standvastigheid in het  geloof zou leiden. 

Het is opvallend dat Lucas – de secure arts – de woorden geloof, standvastigheid / volharding en redding gebruikte bij zijn beschrijving van de gelijkenis. Woorden die bij de apostel Paulus terug zouden komen. ( Romeinen 5 : 3, 4 / 8 : 25 / 2 Kor. 1 : 6 / 6 : 4, 5 / 1 Thess. 1 : 3 ) We zien bij deze apostel en bij zijn leerlingen – die leerlingen van Jezus Christus waren – de gelukkige invulling van de gelijkenis van de zaaier. Zij waren mensen die door hun geloof, volharding, en standvastigheid het einddoel van hun geloof mochten bereiken: hun eeuwige redding! 

Als je dit bedenkt word je bemoedigd om ook gelovig, standvastig en volhardend te blijven, juist in een moeilijke tijd als deze.  ( SV met uitleg, NBV, MH, de Bijbel in gewone taal ) 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *