Belijdenisdienst Linda Bosschaert, belijdeniscatechisante met een beperking
Voorganger: Ds. G.J. Baan
Schriflezing: Johannes 10 : 1 – 21
Tekst: Johannes 10 : 14
Thema: Christus, de Herder van de schapen. Hij is:
– De Goede Herder ( Ik ……Herder )
– De kennende Herder ( ‘en…. Mijnen”)
– De gekende Herder ( “en….gekend”)
Muziek:
– psalm 40 : 5 en 8
– psalm 23 : 1, 2, 3
– psalm 80 : 1
– psalm 116 : 1
– psalm 134 : 3
– psalm 25 : 2
– psalm 122 : 3
Er zijn heel veel prachtige psalmen van David, die eens de koning van Israël was. In psalm 40 begint David eerst te danken, en daarna wordt de psalm een smeekgebed.Toen David nog jong was, was hij een herdersjongen. Later werd hij koning, Toch had hij zijn hele leven zelf ook een herder nodig: de Heere Jezus.Als de Heere je Herder is, dan ben je gelukkig. De Goede Herder past bijzonder goed op Zijn schapen. Hij wil graag dat ze heel dicht bij Hem zijn, Hij houdt goed in de gaten of ze zorgen hebben,of dat ze ziek zijn.
In de schaapskooi van de Goede Herder verzamelt Hij al Zijn schapen. Het zal op den duur één kudde worden, met Eén Herder!Christus, de Goede Herder herkent Zijn schapen precies! Voordat de Heere Jezus dit verhaal vertelde, had Hij al veel wonderen gedaan. Hij had ook een man beter gemaakt die al zijn hele leven blind was. De discipelen van de Heere Jezus begrepen daar niets van. Zijn buren, en de mensen die Hem kenden ook niet. Daarom brachten ze de- man- die- blind- was bij de geleerde Farizeeën. Die begrepen het nog minder! Ze waren helemaal niet blij voor de- man- die- nu- kon zien. Ze werden er zelfs boos om! Van buiten leek het heel wat met de Farizeeën, maar van binnen zaten ze vol met valsheid, vijandschap en boosheid. Ze hadden helemaal niet in de gaten dat ze -net zoals de Goede Herder- heel goed op elk schaap moesten passen.Bij elke kudde schapen hoorde een herder. De herder zwierf met zijn kudde over de heide, of door de groene weiden. Je begrijpt dat de herder héél ver moest lopen. Daarom had hij dan ook een staf bij zich. Aan die staf hing een klein tasje met stenen. Als er een wild dier aankwam dan nam de herder een steen, en deed die in zijn slinger. Daar kon hij heel precies mee mikken, en het wilde dier wegjagen.
Als er eens een schaap kwijt was, dan zocht de herder dat dier net zolang tot hij het gevonden had. De Heere Jezus doet dat óók! Wat zorgt Hij goed voor Zijn schapen!Heilige schapen bestaan niet. Elk schaap mankeert wel wat. De Goede Herder, de Heere Jezus zegt in dit hoofdstuk veel goeds over zichzelf. Hij zegt dat Hij Zijn leven gegeven heeft voor Zijn schapen. Daar bedoelt Hij mee dat Hij aan het kruis van Golgotha Zijn leven gegeven heeft. Hij stierf daar zodat de schapen van Zijn kudde eeuwig zullen leven.Omdat de Heere Jezus de Goede Herder is, wordt Hij door Zijn schapen gekend.
In de kerk zijn ook herders. Dat zijn de dominees. Als zij geen tijd hebben als er iemand ziek is, of zorgen heeft, dan is zo`n dominee geen goede herder. (Gelukkig is dat bij ons niet zo.)Alles wat wij doen, alles wat wij zeggen, en alles wat wij denken moet lijken op het leven van de Heere Jezus. Zoals sporters of soldaten vaak allemaal dezelfde kleren dragen en op elkaar lijken, zo lijken discipelen van de Heere Jezus op hun Meester.
De Heere Jezus zegt tegen Zijn discipelen: “ volg Mijn voetstappen, volg Mijn leiding.”Hij geeft Zijn kinderen goede dingen: zegeningen. Hij vergeeft ze hun zonden. En als het helemaal niet meer gaat, en zij net als een gevallen schaap op hun rug op de grond liggen, dan komt Hij naar hen toe. Want een schaap dat valt kan zelf niet meer overeind komen.Linda, je hebt geen moeder meer, en geen oma. Ze zijn gestorven. In de gemeente zijn ook mensen gestorven. En er zijn mensen ziek, heel veel mensen zelfs.
Wat wil de Heere daarmee tegen ons zeggen? Daar moeten we goed over nadenken. Is ons leven helder en duidelijk? Als je de Heere Jezus kent, dan kun je ook vertellen Wie Hij voor jou is, want je kent Hem precies! En er zal een tijd komen dat Zijn schapen Hem allemáál precies zullen kennen. Jeremia 31: 34 zegt:” Men zal elkaar niet meer te hoeven onderwijzen met de woorden: Leer de Heere kennen, want iedereen, van groot tot klein kent Mij dan al – spreekt de Heere. “
Filippenzen 3: 10 zegt dat Paulus er alles voor over had om de Goede Herder te kennen. Er staat: “Ik wil Christus kennen, en de kracht van Zijn opstanding ervaren. Ik wil delen in Zijn lijden, en aan Hem gelijk worden in Zijn dood.” Linda, jij wilt graag belijdenis van je geloof doen en aan het Heilig Avondmaal gaan. Dit is de tekst die je meekrijgt:
“De Heere zegene je uit Sion.”
Amen!