Het werk van Jezus en de Vader ( 11 )

Een pasgeboren baby heeft iets adembenemend moois. Het nieuwe leven is puur en het komt regelrecht bij God vandaan. Je kunt niet begrijpen dat zo’n schattig kindje – een dag voordat we het in de armen van haar mama zien liggen – nog in haar buik paste.  

Als we bij onze kinderen aankomen rennen we de trappen van hun flat op naar boven. En daar is ze dan! Niet te geloven, wat is ze lief!

Door corona mogen we de baby niet aanraken en niet vasthouden. Dat is best lastig. Je kinderen knuffelen is er ook niet bij. Ook al zo’n dingetje. Maar toch zijn we dolgelukkig! 

Kinderen zijn een gave en zegen van God. Ze hebben een duidelijke plek in Gods verbond. 

“  Kinderen zijn een geschenk van de Heer. De vrucht van de schoot is een beloning van God. Als pijlen in de hand van een schutter, zijn de kinderen, verwekt in je jeugd.” ( Psalm 127 ) 

Jezus Christus hield veel van kinderen. Hij kent ze al voor hun geboorte. 

“ Voordat Ik je vormde in de moederschoot had Ik je al uitgekozen. Voordat je de moederschoot verliet, had Ik je al aan Mij gewijd. “  ( Jeremia 1 : 4 ) Dat vormen van God betekent een keuze die door Hem gemaakt was. Hij kende het kind Jeremia en koos het voor Zichzelf uit. 

“ Maar toen besloot God, die mij al voor mijn geboorte had uitgekozen, en die mij door Zijn genade had geroepen, Zijn Zoon in Mij te openbaren. “ ( Galaten 1 : 15, 16 ) zei ook de apostel Paulus. 

Dat is een erg bemoedigend iets. te weten dat de Heere God je al voor je geboorte zag, en uitkoos om van Hem te zijn. Een kind van God gaat nooit alleen door het leven, altijd is God bij Hem. God, die steeds op het juiste ogenblik bemoedigen, troosten, onderwijzen, en leren zal. In Zijn goede trouwe zorg laat Hij zien wie Zijn Zoon Jezus Christus is. Hij leert ons geloven. Hij begeleidt ons van de wieg tot het graf. 

Jezus neemt kinderen op in Zijn verbond. 

“ Ik sluit een verbond met jou en je nakomelingen, met alle komende generaties. Een eeuwigdurend verbond. Ik zal jouw God zijn, en die van je nakomelingen. Heel Kanaän, het land waar je nu als vreemdeling woont, zal ik jou en je nakomelingen voor altijd in bezit geven. En Ik zal hun God zijn. “ ( Genesis 17 : 7, 8 ) verzekerde Hij Abraham. 

De kern van deze belofte is, dat Gods kinderen door Hem beschermd zullen worden, en dat Hij Zelf voor hen zorgen zal. 

Alles wat God Zelf is, dat wil Hij ook voor ons zijn. Hij wil Zijn wijsheid die van ons laten zijn, om ons te leiden en te adviseren. Hij biedt ons Zijn kracht aan om ons te beschermen en te steunen. Zijn goedheid is de onze om ons te voorzien van het goede en ons te troosten als we bedroefd zijn. 

Het land Kanaän is een equivalent voor de hemelse gelukzaligheid, en de eeuwige vrede en rust die overblijft voor het volk van God. ( Hebr. 4 : 9 ) 

Hier op aarde zullen we vreemdelingen, pelgrims blijven. 

“ Want voor u geldt de belofte, evenals voor uw kinderen, en voor allen die ver weg zijn, en die de Heere, onze God tot Zich zal roepen. “ ( Handelingen 2 : 39 ) zei Petrus tegen de grote meltingpot van volken die hij op de Pinksterdag toesprak. Daarbij werd de Heilige Geest uitgestort, en er kwam een schitterende Goddelijke bevestiging van zijn woorden. 

De belofte van de vergeving van de zonden, en van de gave van de Heilige Geest is sindsdien ook voor ons en onze kinderen. Zoveel afzonderlijke personen uit alle volken als God er roepen zal! 

Steeds opnieuw lees je in de Bijbel dat het God Zelf is, die mensen uitkiest, roept en voor Zichzelf als kind aanneemt. Dat geeft een christen blijdschap en vertrouwen voor zichzelf, zijn gezin, en zijn familie. 

God de Vader is het die kinderen al weeft in de buik van hun moeder. 

“ U was het die mijn nieren vormde. Die mij weefde in de buik van mijn moeder. Ik loof U voor het ontzagwekkende wonder van mijn bestaan. Wonderbaarlijk is het wat U gemaakt hebt, ik weet het tot in het diepst van mijn ziel. Toen ik in het verborgene gemaakt werd, kunstig geweven in de schoot van de aarde, was mijn wezen voor U geen geheim. Uw ogen zagen mijn vormeloos begin. Alles werd in Uw boekrol opgetekend. Aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één. “ ( Psalm 139 : 13 – 16 ) 

Omdat wij het werk van Zijn handen zijn, kent God elk detail van ons leven, van onze ziel, en van ons bestaan. Wat onzichtbaar is voor mensen – ons hart, onze gedachten en ons wezen – dat heeft God gemaakt. Hij werkt elke dag aan onze ziel, als wij Hem dat toelaten. Dat is  geweldig mooi.  Eeuwige wijsheid van God vormde het plan. Wij kunnen terecht verbaasd staan over onze levende tempel, over de samenstelling van ieder deel, en de harmonie van het geheel. Het is een grote zegen dat alles van ons geformeerd werd, naardat in het boek van Gods wijze raad beschreven was, toen er nog niets was. 

Met verwondering en dankbaarheid erkennen wij de zorg die God al Zijn dagen voor ons heeft. Gods alwetendheid zal altijd ten goede over waken ( Jeremia 31 : 38 ) en Hij brengt in ons leven alles tot stand. Wij kunnen de menigte en diversiteit van Gods barmhartigheden niet begrijpen. Ze zijn elke morgen nieuw. Onder Zijn ogen, zorg en bescherming blijven wij veilig en gerust, alle dagen van ons leven. ( MH, NBV, de Bijbel in gewone taal, Leven in Christus, SV ) 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *