Het lijden van Christus ( 11 )

Zij die Jezus gevangengenomen hadden, leidden Hem voor aan Kajafas, de hogepriester bij wie de schriftgeleerden en de oudsten bijeengekomen waren. Petrus volgde hem op een afstand tot op de binnenplaats van het paleis van de hogepriester, daar ging hij tussen de knechten zitten om te zien hoe het zou aflopen. De hogepriesters en het hele Sanhedrin probeerden een valse getuigenverklaring tegen Jezus te laten afleggen op grond waarvan ze Hem ter dood zouden kunnen veroordelen. Maar ze vonden er geen, hoewel zich vele valse getuigen meldden. Ten slotte meldden er zich twee die zeiden: “ Die man heeft gezegd: “ Ik kan de tempel van God afbreken en in drie dagen weer opbouwen. “ De hogepriester stond op en vroeg hem: “ Waarom antwoordt u niet? U hoort toch wat deze getuigen zeggen? “ Maar Jezus bleef zwijgen. ( Matth. 26 : 57 – 63 )

Het holst van de nacht was aangebroken. De Schriftgeleerden en farizeeën hadden uren opgezeten. Onrustig en boosaardig wachtten ze de komst van hun prooi af. De belangrijkste leraren en bestuurders van de Joodse kerk waren Jezus` bitterste vijanden. Het huis van Kajafas was uitgekozen om als rechtshuis dienst te doen. Twee dagen geleden was hier het helse plan met Judas gesmeed. Hier moest het uitgevoerd worden. En zo is het huis dat een heiligdom voor verdrukte onschuldigen had moeten zijn een troon van ongerechtigheid geworden.
De gevangene werd voor de rechterstoel gezet. Hij was vanaf de Olijfberg via de schaapspoort de stad binnen gesleurd. Deze weg was bestemd voor de schapen die in de tempel geofferd werden. Wat een toepasselijke route. Het was een profetische vervulling van de woorden uit Jesaja: “ Als een lam werd Hij ter slachting geleid.”

Van een afstand volgde Petrus het desastreuze gebeuren. Angst voor zijn eigen veiligheid voerde de boventoon. Er was niets meer over van de genegenheid in zijn hart om met Zijn Meester te sterven. De valse getuigen kregen deze keer geen fel weerwoord uit zijn impulsieve mond. Terwijl het nu juist nodig was geweest.
De geestelijke elite zocht verwoed naar een reden om Jezus te diskwalificeren zodat Hij ter dood gebracht zou kunnen worden. Ze wilden maar één ding en dat was die gehate Rabbi uit de weg ruimen. Alle middelen waren geoorloofd.
De misdaden waar ze volgens de traditie hun recht op baseerden waren het vaststellen van een valse leer en godslastering. Hiervan moesten zij Hem kunnen beschuldigen om Hem uit de weg te kunnen ruimen. Koortsachtig hadden ze naar mensen gezocht die zich bereid wilden verklaren om deze leugens als reden voor een veroordeling aan te voeren. Verschillende pogingen waren op niets uitgelopen. De een zei dit, de ander weer iets anders. Veel verklaringen spraken elkaar tegen. God liet zien hoe ridicuul het allemaal was. Het is opvallend dat de Heere steeds iets liet gebeuren waaruit duidelijk bleek dat het Zijn eigen beslissing was om te lijden en te sterven.

Verschillende pogingen waren op niets uitgelopen. Ze zochten overal, zeiden van alles en nog wat, maar konden geen doorslaggevende reden voor Zijn diskwalificatie vinden.
Tenslotte vonden ze twee getuigen die een schijnbaar gelijk getuigenis aflegden. In de hoop dat de zaak nu gewonnen was, spitste het gericht de oren.
“ Deze man heeft beweerd dat Hij de tempel kan afbreken en binnen drie dagen opbouwen. “ zeiden ze.
Dat was het!
Het feit dat Hij dit had durven beweren duidde erop dat Hij een vijand van de tempel was. Hij zocht haar vernietiging. Niemand begreep dat Jezus het over Zichzelf had gezegd.
Maar Jezus argumenteerde niet. Niet omdat Hij niet wist wat Hij zeggen moest, maar omdat Hij wilde dat de Schrift vervuld zou worden. “ Als een lam is Hij ter slachting geleid. En als een schaap dat stom is voor de ogen van degene die het scheert, deed Hij Zijn mond niet open.” ( Jesaja 53 : 7 )
Jezus zweeg omdat Zijn stervenstijd gekomen was. Hij zei niets omdat Hij bereid was Zich aan het vonnis te onderwerpen. Hij heeft zonder woorden voor deze rechterstoel gestaan zodat wij iets te zeggen zullen hebben voor de rechterstoel van God.

Wat zullen wij daar zeggen?
Wij zullen zeggen : “ Jezus Christus heeft voor mij betaald Vader!”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *