Handelingen 1 : 6 – 8

Toen vroegen de apostelen aan Jezus: ‘ Heer, is dat dan het moment waarop U koning van Israël zult worden? Jezus antwoordde: ‘ Jullie hoeven niet te weten wanneer dat zal gebeuren. Dat weet alleen Mijn Vader. Maar jullie zullen kracht krijgen van de Heilige Geest. En daarna moeten jullie overal in Jeruzalem over Mij vertellen. En in heel Judea en Samaria, en overal op aarde. ‘ 

Zelfs de meest oprechte mensen zijn geneigd om de bloei van de kerk in uiterlijke groei en in grote aantallen bekeerlingen te zoeken. De leerlingen van Jezus hebben dat tot op het laatste moment van het leven van Jezus hier op aarde gedacht. ( zie ook Lucas 19 : 11 ). Nog steeds dachten ze dat Jezus als de Messias uit het huis van David Israël zou verlossen van zijn vijanden. Hun geliefde Meester was teruggekomen uit de dood, en had gezegd dat ze in Jeruzalem moesten blijven. Onwillekeurig dachten ze dat Hij kwam om Zijn koninkrijk hier op aarde te vestigen. De belofte van de Heilige Geest zagen ze als een aankondiging van een nieuwe tijd. ( Joël 2 : 19 – 32) Profeten hadden voorzegd dat het een tijd zou zijn die zou beginnen bij het herstel van het koningschap aan Israël, en uit zou lopen op het herstel van alle dingen. ( Handelingen 3 : 21 ) 

De leerlingen interpreteerden dit herstel verkeerd, en dachten aan een aardse glorietijd. Nationale onafhankelijkheid onder leiding van de door God gezalfde Messias uit het huis van David. ( Ez. 37 : 24 / Micha 4 : 6 – 8 ) Ze dachten er niet aan dat ons wordt aangezegd dat wij in de wereld kruis te verwachten hebben, en dat we moeten wachten op het koninkrijk dat van boven is. Ze keken ongeduldig uit naar een Koninkrijk waarin ze zichzelf een grote rol en een belangrijke positie wensten. Jezus had gezegd dat ze op tronen zouden zitten ( Lucas 22 : 30 ), en daar verlangden ze naar. Maar Jezus zette Zijn leerlingen direct op hun plaats. ‘ Het komt jullie niet toe om te tijden en gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft. ‘ Het ging daarbij om de tijden waarop God alles wat Hij verordineerd en beloofd had, uit zou willen voeren. De Vader Zelf zal bepalen wanneer deze dag zal zijn. ( Matth. 24 : 36 / 2 Petrus 3 : 4 – 10 ) Uit Hand. 17 : 31  kun je afleiden dat deze dag al vaststaat. Andere teksten uit de Bijbel maken duidelijk dat God naar vrije beschikking tijden veranderd, ten behoeve van de heiligen en ten dienste van Zijn Plan. ( Matth. 24 : 22 / Marcus 13 : 20 ) 

Hoewel Christus van hen ging scheiden gaf Hij Zijn leerlingen nog een terechtwijzing. Hij had Zijn leerlingen heel wat kennis geschonken, veel meer dan andere mensen. Toch bleven er bepaalde dingen waarvan de kennis niet voor hen bestemd was. Jezus gaf Zijn leerlingen aanwijzingen die toereikend waren voor hun opdracht na Zijn Hemelvaart, niet meer, en niet minder. Hij wilde dat ze tevreden zouden zijn met deze kennis, en met dit inzicht. 

Hij had ze alles verteld over de dingen die het Koninkrijk van God aangingen. Tegelijkertijd had Hij hen beloofd dat de Heilige Geest hen de toekomende dingen zou laten zien. Bovendien had Hij hen de tekenen van de tijd gegeven. Maar ze moesten niet verwachten of verlangen om alle details en de tekenen van de tijden van de toekomst en van toekomstige gebeurtenissen te kennen. 

De kennis van het Koninkrijk, en van de tijd van Zijn komst is voorbehouden aan God. Dat is wat God de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft. Niemand, dan Hij kan die tijden en gelegenheden openbaren.

Jezus bepaalde voor Zijn leerlingen wat ze zouden doen, stelde ze daarvan in kennis, en verzekerde met gezag dat het ook zou slagen wat ze deden. 

“ Weet dit, dat de kracht van de Heilige Geest over jullie komen zal, jullie zullen Mijn getuigen zijn. Mijn getuigenis zal zowel in Jeruzalem als in de hele wereld ontvangen worden. Rondom in het land, en over de hele wereld. ! “ 

Het werk van de leerlingen zou eervol en glansrijk zijn. Ze zouden op de Pinksterdag vol glans en glorie getuigen dat Jezus Koning was. Hun getuigenissen zouden ze met wonderen en buitengewone gaven verzegelen en bekrachtigen. Maar ze zouden de waarheid van het Evangelie ook met hun lijden en met de dood bekrachtigen. Dat wisten ze toen nog niet. 

De leerlingen zouden dit allemaal zonder de lieflijke tegenwoordigheid van hun Meester moeten doen. Toch zou hun kracht toereikend zijn. Want ze zouden de kracht van de Heilige Geest ontvangen, die over hen komen zou. Door Gods kracht zouden ze in staat zijn om het Evangelie zowel door wonderen als door lijden te bevestigen. Ja, want Jezus maakt mensen die Hij in dienst neemt, ook bekwaam. 

De invloed van de leerlingen zou groot en bijzonder uitgebreid zijn. Vanuit Jeruzalem zou het Licht van het Evangelie door heel Judea schijnen. Vandaar zou het voortgaan naar Samaria, en tot aan het uiterste van de aarde. De Heere Jezus ontkende niet dat het koningschap aan Israël hersteld zou worden. Ook het Nieuwe Testament ziet uit naar een koningschap van Jezus op aarde. ( Openbaringen 20 : 1 – 7 / Daniël 7 ) Maar deze heerschappij zal pas beginnen met de wederkomst van de Heere Jezus. ( Hand. 3 : 21 / Matth. 24 : 23 ) 

Wat een bijzonder unieke Hogepriester is Jezus Christus. Hij heeft tot op het laatste moment van Zijn aanwezigheid hier op aarde aan Zijn heilige opdracht gedacht. Hij leerde als Machthebbende, bekrachtigde Zijn Woorden met de Heilige Geest en met wonderen. 

Zo is het nog. Wie met Hem het levenspad loopt, komt rijk gezegend het leven door. 

 

 

One response to “Handelingen 1 : 6 – 8

  1. Wow, wonderful weblog structure! How lengthy
    have you ever been blogging for? you make running
    a blog look easy. The entire look of your web site is great, as well as the
    content! You can see similar here <a href="[Link deleted]internetowy

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *