Maria, teken van Gods genade ( 1 )

Wie was Maria?
Maria was de verloofde en later de vrouw van Jozef,
Maria was de moeder van Jezus Christus, de Zoon van God. 

In de tijd dat Maria leefde was  een verloving volgens de Joodse gewoonte een juridische verbintenis, die al op heel jonge leeftijd plaatsvond. Maria was waarschijnlijk niet veel ouder dan 12 jaar toen haar vader en moeder de beslissing rondom haar toekomstige huwelijkspartner al hadden vastgesteld. De verlovingsverbintenis kon alleen nog maar door een speciaal geschreven scheidingsbrief ontbonden worden. De Joodse wet stelde vast dat Jozef en Maria sinds die tijd al getrouwd waren. Daarom heeft de Bijbel het al over man en vrouw ( vs 20 en 24 ). Tijdens de verlovingstijd bleef een Joods meisje nog bij haar ouders wonen. Het samenwonen als echtpaar begon pas nadat het huwelijk officieel voltrokken was. Maar voor het zover was bleek Maria al zwanger te zijn. Haar familie ontdekte dat ze in verwachting was. 

Mattheüs schreef dat deze zwangerschap op een unieke manier tot stand gekomen was. Het was het werk van de Heilige Geest. Zoals God de aarde en de wereld geschapen had uit niets, schiep Hij ook het kindje in Maria. Onze Heere Jezus Christus was na de zondeval de eerste zondeloze mens die tot leven geroepen werd! 

Maria liet alles rustig over aan de God die haar verteld had dat zij zwanger zou worden. Ze deed er zelf helemaal geen moeite voor om de mensen om haar heen te vertellen wat er met haar aan de hand was. Toen Jozef merkte dat zijn ondertrouwde vrouw zwanger was, schrok hij heel erg en wilde haar verlaten. Maria`s verloofde was een integer man, hij wilde Maria niet via een openbare rechtszaak te schande maken. Liever gaf hij zijn toekomstige vrouw in besloten kring een echtscheidingsbrief. De Joodse traditie stond een onderhandse scheiding toe, als die  in de aanwezigheid van twee getuigen werd voltrokken. 

Gelukkig werd het vertrouwen van Maria niet beschaamd. Er verscheen een engel aan Jozef die hem vertelde dat Maria hem niet bedrogen had, maar dat het ongeboren kind in haar door de Heilige Geest tot leven was geroepen. 

De engel wist wie Jozef was, hij sprak hem respectvol aan met de term: ‘ Zoon van David ‘. Jozef hoefde Maria niet te verstoten want God Zelf vond het goed. Gods heilige plan werd er niet door in de war gebracht. 

“Jozef, geef het Kind de naam Jezus” zei de engel, zoals hij dat ook tegen Maria had gezegd. Zo kregen deze beide kinderen van God persoonlijke leiding omdat ze voor honderd procent op God vertrouwden. De Naam van het Kind: Degene die Zijn volk zalig zou maken. Hij zou Zijn volk zalig maken van hun zonden. 

(1) Maria, Had je door? – YouTube