Bidden ( 8)

Manieren, momenten en plaatsen om te bidden.
Onverhoorde gebeden.
Jakobus 4 : 3

Let op: ik weet niet meer precies hoe ik met aanhalingstekens om moet gaan! : )

“En als u bidt ontvangt u niets, omdat u verkeerd bidt : u wilt alleen uw eigen hartstochten bevredigen. ( Jakobus 4 : 3 )’

De brief van Jakobus is geschreven door de broer van Jezus Christus. ( Markus 6 : 3 / Gal. 1 : 19 ) Deze Jakobus was leider van de gemeente van Jeruzalem ( Hand. 12 : 17 / Hand. 15 : 13 / Hand. 21 : 18 ). Volgens de Joodse geschiedschrijver Josephus is Jakobus in 62 na Christus als martelaar gestorven. 

Jakobus schreef deze brief aan de twaalf stammen in de verstrooiing. ( Jak. 1 : 1 ) Hij bedoelde met zijn brief de Joodse christenen die – waarschijnlijk vanwege de vervolgingen in Jeruzalem – verspreid buiten Palestina woonden. Zij hadden het vanwege hun geloof in Christus niet gemakkelijk gehad. Hun geloof werd beproefd. Jakobus maakte veel gebruik van gedeelten uit het Oude Testament en bediende zich graag van Joodse uitdrukkingen. Hieruit blijkt dat deze brief aan Joden geschreven is. De vroege datering maakt het een uitgesloten zaak dat Jakobus de brief aan christenen die uit het heidendom kwamen gericht heeft. Over heidenen die tot geloof kwamen lezen we in deze brief nog niks. 

Als Jakobus een broer van de Heere Jezus was, moet de brief in de jaren 40 tot 50 vanuit Jeruzalem geschreven zijn. De brief is dan een van de eerst geschreven boeken van het Nieuwe Testament. Deze brief komt dus echt uit de beginperiode van het christendom. 

Het hoofdmotief in de brief benadrukt dat aan het leven van een christen te zien moet zijn dat hij gelooft. Aan de vruchten ken je de boom. Een christen mag niet dubbelhartig zijn. Een geloof zonder werken is een dood geloof. Christenen moeten niet alleen hoorders van het Woord zijn, maar ook daders. Dat gegeven maakt de brief heel praktisch en actueel. 

Jakobus benadrukt dat beproevingen nuttig zijn voor de gelovigen. Ze werken volharding in het geloof uit. God wil aan iedereen die Hem daarom vraagt wijsheid geven om goed met beproevingen om te gaan. De lezers van de brief van Jakobus hadden veel te lijden van rijke ongelovige Joden. In deze beproevingen moesten zij geduldig zijn. Wie de beproevingen verdroeg en volhield zou door God uit genade beloond worden. ( Jak. 1 : 12 ) 

De brief aan Jakobus lijkt in essentie veel op de Spreukenbrief. Net als in de Spreuken benadrukte Jakobus het belang van wijsheid. Een wijs leven is een leven dat het Woord van God in praktijk brengt.

Jakobus waarschuwde scherp tegen onrechtvaardigheid en sociaal onrecht. Hij sprak zijn lezers ook heel rechtstreeks aan, en leek daarom op de Oudtestamentische profeten. 

Het is bijzonder opmerkelijk dat Jakobus meer woorden van Jezus aangehaald heeft dan in alle andere brieven van het Oude Testament bij elkaar. Er zijn vooral veel overeenkomsten met de Bergrede. Heel mooi is dat hij niet de letterlijke tekst van de evangeliën gebruikt heeft, maar het onderwijs van Jezus in eigen woorden weergaf. 

In het slot van  hoofdstuk 3 wierp Jakobus zijn lezers voor de voeten dat zij niet baden. Dat was heel scherp gesteld. Hij kwam daar dan ook gelijk op terug door te zeggen dat zij dat zijn lezers dat wel deden Alleen, zij kregen het van God gevraagde niet. ( vgl psalm 18 : 42 ) Het lijkt erop dat dit laatste ingaat tegen zijn eigen benadering ( zie Jakobus 1 : 5 ), en tegelijkertijd tegen wat de Heere Jezus leerde op dit punt ( zie Matth. 7 : 7 ) Daarom ook liet Jakobus er tegelijkertijd op volgen: ‘ omdat u slecht vraagt. ‘Het had dus een reden dat zijn lezers niet ontvingen. Hun bidden was verkeerd gericht. Ze baden alleen maar uit zelfzuchtige overwegingen. Ze vroegen God alleen maar om die zaken die ze dachten voor de bevrediging van hun lusten nodig te hebben. Het was hun er alleen maar om te doen, het gevraagde in hartstocht te consumeren. ( dapanao = er doorbrengen / vgl. Lucas 15 : 14 ) 

Dit vragen stond lijnrecht tegenover het vragen vanuit een oprecht hart. Dat vragen werd door God wel verhoord. ( zie Jak. 5 : 14 – 18 / Psalm 34 : 16 / 145 : 18 / Spreuken 10 : 24 / 15 : 29 / Joh. 9 : 31 / 16 : 23 / 1 Joh. 5 : 14 ) Door hier opnieuw de hartstochten uit vers 1 te benoemen gaf Jakobus aan dat de verzen 1 t/m 3 voor hem één geheel vormden. Met deze verzen gaf hij zijn lezers met klem te kennen wat volgens hem de oorzaak was van al het geruzie in hun midden. 

Jakobus spaarde zijn lezers niet bepaald. Hij schrok er niet voor terug om zelfs de krachtigste termen te gebruiken. Het zoeken naar bevrediging van hun hartstochten beschouwde hij als een vorm van overspel met de wereld. Die aanspraak heeft dus geen betrekking op kwalijke praktijken op seksueel gebied, maar je moet het opvatten als een vorm van overspel op geestelijk gebied. Deze uitdrukking greep terug op het Oude Testament, waarin ontrouw aan God en aan Zijn verbond wordt gebrandmerkt als overspel en echtbreuk. ( Psalm 73 : 27 / Jes. 1 : 21 / Jes. 50 : 1 / Jer. 2 : 20 / Jer. 3 : 7 – 10 / Ezech. 6 : 23 – 26 / Hos. 1 : 3 / 9 ; 1 ) De Heere Jezus heeft zich op een soortgelijke manier uitgedrukt, toen Hij het had over een boos en overspelig geslacht. ( zie Matth. 12 : 39 / 16 : 4 / Marcus 8 : 38 ) 

Het is duidelijk: ons hart moet aan de voeten van Jezus gebracht worden. Ons hart moet Hem kennen. Wij moeten tot Hem komen met ( geestelijk ) schone handen en harten. 

One response to “Bidden ( 8)

  1. Wow, awesome blog format! How long have you been blogging for?
    you made blogging look easy. The whole look of your website is fantastic, as
    neatly as the content material! You can see similar here <a href="[Link deleted]internetowy

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *