Aspecten van het weer en het klimaat in de Bijbel

Aspecten van het weer en het klimaat in de Bijbel
Herfst  

Herfstvakantie! Na de zomerzonnewende die dit jaar op 20 juni plaatsvond, worden de dagen korter en de nachten langer. Dat komt omdat de zon lager aan de hemel staat.  

De bomen, vooral eiken en esdoorns, beginnen zo langzamerhand hun bladeren te verliezen. De oplettende wandelaar ziet ze van geel naar oranje en rood verkleuren. Tenslotte vallen ze van de bomen. De heerlijke warme zomer neigt naar het einde en het wordt kouder. Er breken frisse, winderige dagen aan en als je `s morgens vroeg buiten loopt dan is het vaak mistig en nat. Als het eenmaal oktober is dan worden de regens zwaarder, en nemen de stormen in kracht toe. Er worden nog veel gewassen geoogst. De landarbeiders plukken zware korven vol mais, en pompoenen, appels en peren. Genietend bijten we in knapperige appels en leggen de peren nog even voor sier op de fruitschaal. Langs de wegen en de voorpaden van onze tuinen liggen kleurige pompoenen mooi te zijn en de gele mais is een mooie aanwinst voor de maaltijden.  

De dieren hebben het extra druk. Ze verzamelen voedsel om de winter door te komen of bereiden zich voor op de winterslaap. Sommige vogelsoorten beginnen hun trek naar warmere gebieden. Het is duidelijk, de natuur bereidt zich voor op de rust van de winter.  

Hoewel de bijbel de herfst niet expliciet bij naam noemt, zijn er wel passages die verwijzen naar de seizoenen, naar de oogsttijden en de symboliek van de natuur.
Ik noem er een paar:  

Genesis 8:22
‘Zolang de aarde bestaat zal er een tijd zijn om te zaaien en te oogsten. Zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, nooit komt daar een einde aan. ‘
Ondanks het feit dat de mens het Paradijs moest verlaten en zelfs de zondvloed nodig had, beloofde de Heere zijn trouw niet te zullen vergeten. Hij zou voortaan Zijn schepping behouden en ervoor zorgen dat de door Hemzelf in het leven geroepen wetten en seizoenen die de natuur reguleren worden gehandhaafd. ( zie ook Jer. 33:25/ Matth. 5:45). Zo zorgde Hij er zelf voor dat de voorwaarde voor het voortbestaan van de mensheid intact bleef.  

‘ Ik zal jullie akkers op de juiste tijd regen geven, in het najaar en in het voorjaar. Je zult je oogst binnenhalen koren, wijn en olie. En Ik zal groene weiden geven voor jullie vee. Je zult er leven in overvloed. ‘
Palestina kende twee regenseizoenen. In het najaar wanneer het land werd voorbereid op het zaaien en in het voorjaar, wanneer het graan begon te rijpen. De vruchtbaarheid van de grond was afhankelijk van deze twee regenseizoenen. ( Gen.41: 38-30/Jak.5:7), waarover God beschikte. Hij was het die voor de natuur zorgdroeg, en niet de Baäl de Kanaänitische dondergod. ( zie Num. 22:41) Wat een liefde van God voor de gevallen mensheid!  

Jeremia 5:24 verwijst naar de herfstregens die essentieel waren voor de oogst in Israël: 

‘Zij zeggen niet in hun hart: Laten wij de HEERE, onze God, vrezen, Die regen geeft, de vroege regen en de late regen op zijn tijd; Die ons de vastgestelde weken van de oogst in acht laat nemen.’ Wat is het beschamend dat Gods goedheid de ondankbaarheid van Zijn volk extra scherp aan het licht bracht.  

Als laatste noem ik Psalm 104  waar God de seizoenen benoemt in vers 19: 

‘Hij heeft de maan gemaakt voor de vaste tijden, de zon weet wanneer zij onder gaat. ’De Joodse kalender was gebaseerd op de maan. De stand van de maan is bepalend voor de belangrijke momenten in het jaar, met name voor de feestdagen ( Gen.1:14 / Num. 28:11)  

Na de bloeiende, warme zomer, de rustiger herfst. Vol vruchten die de zomer hebben doen groeien. Je bent gelukkig als je leven er ook zo uit mag zien als de rijpere jaren er aankomen en je vruchten plukken mag van dankbaarheid en van Gods goedheid. Ieder kan daar zelf wel invulling aan geven. God is goed!  

Lof, aanbidding (671) (youtube.com)