Nederlandse Geloofsbelijdenis (2)

NGB artikel 13
Wij geloven dat de goede God, nadat Hij alle dingen geschapen heeft, deze niet aan hun lot overgelaten heeft. Zeker niet aan het toeval of aan het fortuin. Hij regeert en bestuurt alles naar Zijn heilige wil zodanig dat er in de hele wereld niets gebeurt zonder Zijn bevel en toestemming. Bedenk daarbij dat God niet de veroorzaker is, en ook geen schuld heeft aan de zonden die er gebeuren. 

Gods macht en goedheid zijn zo groot en onbegrijpelijk dat Hij Zijn werk volmaakt goed en rechtvaardig ten uitvoer brengt. Ook zelfs wanneer duivelen en goddeloze mensen onrechtvaardig handelen. Wat Hij doet gaat boven het begrip uit van het menselijk verstand. Daarom willen wij niet nieuwsgierig onderzoeken wat we niet begrijpen. Wij aanbidden nederig en eerbiedig het rechtvaardige oordeel van God dat voor ons verstand verborgen is. We stellen ons tevreden met het feit dat wij leerlingen van Jezus Christus zijn. Wij willen alleen leren wat Hij ons in Zijn Woord aanwijst. We willen Zijn grenzen nooit overschrijden. 

Deze leer biedt ons een onuitsprekelijke troost. Want wij leren dat niets ons bij geval overkomt. Alles wat ons overkomt, wordt ons door onze Hemelse Vader toegeschikt. Hij zorgt voor ons met een vaderlijke zorg terwijl Hij alle schepselen zodanig onder Zijn heerschappij heeft dat er niet één haar zomaar van ons hoofd valt – die zijn allemaal geteld. Hierop vertrouwen wij terwijl we weten dat God alle duivelen en al onze vijanden in toom houdt. Zonder Zijn wil en toestemming kunnen die ons totaal geen kwaad doen. 

Met deze woorden verwerpen wij de dwaalleer van de Epicureën die zeggen dat God zich nergens mee bemoeit, en dat alle dingen toevallig gebeuren. 

Wie waren de Epicureën? https://refoforum.nl/forum/viewtopic.php?t=7442

Mattheüs 10: 29,30 

Worden niet twee musjes voor één penning verkocht? En niet een van die zal op de aarde vallen buiten uw Vader om. En zelfs de haren van uw hoofd zijn allen geteld. 

Deze tekst heeft als onderwerp: Gods vaderlijke zorg voor Zijn leerlingen. Musjes waren in het Oude Oosten het goedkoopste marktartikel. Je kon twee van die kleine vogeltjes voor een stuiver kopen. Veel armen kochten en aten ze. Maar zelfs twee van deze vogels kwamen niet in het net van de vogelvanger terecht als God dat niet wilde. Hij was zelfs dáár bij betrokken. Dit feit gaat verder dan de heerschappij van God. Hij kijkt niet alleen toe als er twee musjes gevangen worden, Hij beslist ook over hun lot. 

De leerlingen van Jezus mochten nooit denken dat hun Vader in de hemel hen vergat. Hij die zelfs voor mussen zorgde, zou zeker Zijn leerlingen niet vergeten. Waren zij niet het duurste, de kroon op de hele schepping? 

Het geteld zijn van de haren is zelfs iets spreekwoordelijks. Je kunt het terugvinden in 1 Samuel 14: 45 / 2 Samuel 14:11 / 1 Koningen 1:52. De betekenis laat zich niet moeilijk raden: Gods leiding strekt zich uit tot het kleinste detail van het leven van Zijn leerlingen. 

Dat geeft rust! Het betekent niet dat leerlingen van Jezus niet vervolgd zullen worden, of dat ons geen onrecht ten deel zal vallen. Het betekent Hij alles ziet en weet en zelfs over ons beslist of wij lijden moeten en wanneer wij lijden moeten om Zijn heilige Naam. 

Jezus Zelf heeft onnoemelijk veel geleden. De angsten en pijnen van Gods Zoon waren met niets te vergelijken. Niemand heeft ooit zoveel geleden als Deze Man. 

Niemand heeft het lijden ooit minder verdiend, en toch zoveel te verduren gehad. Het zegel van God op dit volmaakte leven wordt aangeduid met twee woorden: ‘zonder zonde.’ ( Hebr. 4:15). 

De enige mens in de geschiedenis die niet verdiende te lijden, heeft het meest geleden. Hij die geen zonde gekend of gedaan heeft, en in wiens mond nooit bedrog gevonden werd, werd bedrogen als geen ander. Niets van Jezus’ lijden was straf voor Zijn zonde. Hij was zondeloos. 

Niemand heeft ooit meer recht gehad om wraak te nemen, maar daarvan minder gebruik gemaakt. In Zijn angst en pijn had Hij oneindige macht tot Zijn beschikking. ( Math. 26:53). Maar Hij deed het niet. 

Toen elk rechtsgevoel in het universum uitschreeuwde: ‘onrechtvaardig!’ zweeg Jezus. ( Matth. 27:14) Niemand heeft ooit zoveel onrecht verdragen met zo weinig wraakzucht. Het plan voor dit lijden was gemaakt door God de Vader en aanvaard door de Zoon. ( Jesaja 53:10 / Hand. 2: 23). 

Niet alleen was Zijn lijden volgens plan, het was ook een lijden uit gehoorzaamheid. ( Filip.2:8 / Lucas 23:46). Daarom waren het lijden en de krachteloosheid van Jezus een werk van Zijn soevereine macht. ( Joh. 10:18). Uit vrije wil koos Jezus ervoor Zich voor Zijn eigen lijden en sterven te verenigen met het plan van Zijn Vader. 

Wat was dat plan? Vraag je misschien.
Dat Hij in onze plaats zou sterven, opdat wij zouden leven. ( Marcus 10:45 / 1 Petrus 2:24/ Jesaja 53:6). 

Waarom was het eigenlijk?
Wat was het doel van dit alles? 

Christus heeft eenmaal voor de zonde geleden, de Rechtvaardige voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen. ( 1 Petrus 3:18) 

Het lijden van Jezus Christus heeft ons tot God gebracht, die vol blijdschap en vreugde is, voor altijd en eeuwig. Juist in het uur van de dood werden de Vader en de Zoon verheerlijkt. ( Joh. 13:31) Onze vreugde in het genieten van God, en Gods verheerlijking in onze redding zijn één en dezelfde. Dat is de heerlijkheid van Christus’ weergaloos lijden. 

Dit geweldige nieuws geeft ons leven altijd zin, moed en hoop. Ook als wij het donkere dal van lijden door moeten trekken.