Verder geef ik zelf nog – niet de Heer – het volgende voorschrift:wanneer een broeder een ongelovige vrouw heeft die bij hem wil blijven, mag hij niet van haar scheiden. Dit geldt ook voor een zuster. Wanneer ze een ongelovige vrouw heeft die bij hem wil blijven, mag hij niet van haar scheiden. Want de ongelovige man behoort dankzij zijn vrouw God toe, en de ongelovige vrouw dankzij haar man eveneens. Zou dat niet zo zijn, dan zouden hun kinderen onrein zijn. Maar nu zijn ze geheiligd. Maar als de ongelovige partij wil scheiden, moet dat maar gebeuren. In dat geval is de broeder of zuster niet gebonden.Bedenk echter dat u door God geroepen bent om in vrede te leven. Wie weet, u zou uw man toch kunnen redden. En wie weet, u zou uw vrouw toch kunnen redden? In het algemeen: laat ieder in die positie blijven die de Heer hem heeft gegeven wat hij was toen Hij hem riep. Dat schrijf ik voor aan alle gemeenten. ( 1 Kor. 7: 12-17 / ™ 24 )
Paulus had een woord voor iedereen in Korinthe. In dit tekstgedeelte richtte hij zich tot getrouwde stellen van wie de partner zich helaas niet tot het christendom had bekeerd. Het ging hier om bestaande huwelijken, waarbij de ene partner een levensveranderende omkeer had ervaren, terwijl de ander dezelfde gebleven was. Omdat het sluiten van een huwelijk tussen een gelovige en ongelovige uitdrukkelijk verboden was ( 2 Kor. 6: 14) was het logisch dat de ontstane situatie vragen opriep. Mochten deze stellen wel getrouwd blijven of konden ze maar beter gaan scheiden? Omdat er in deze situatie geen woorden van Jezus waren die Paulus aan kon halen, beriep hij zich op het feit dat hij een apostel, een geheiligde man was, die door de inspiratie van de Heilige Geest zei wat hij zeggen moest. Hij ging ervan uit dat God het huwelijk als een heilige instelling zag en ook niet wilde laten ontbinden omdat een van de partners ongelovig was. De apostel gaf hier raad aan de bekeerde partner, en zei dat ze hun ongelovige man of vrouw niet mochten verstoten. Een bestaand huwelijk was voor de Heer een heilige zaak. De ongelovige partner werd in de heiligheid van de gelovige betrokken. De ongelovige kreeg deel aan de heiligheid van de gelovige. In dit opzicht kun je stellen dat het huwelijk op die manier een afschaduwing bleef van de liefde van Christus. Hij, de Heilige en volmaakte God heiligt ons, onvolmaakte mensen, door Een met ons te willen worden. Dat is geweldig mooi en diep ontroerend, een wonder.
De gelijkenis ging niet volkomen op, de ongelovige partner was niet gered wat de ziel betreft. Maar er was hoop. ‘ Misschien gaan jullie mannen of vrouwen nog wel door jullie geloven, en worden ze door God gered’ schreef Paulus. Het verbod voor een ongelovige bestond er niet. Als zo iemand het huwelijk met een christenvrouw of man niet meer zag zitten, en wilde scheiden,dan moest dat maar gebeuren, aldus Paulus.
Uiteindelijk stelde Paulus nog dat iedereen van God een bepaalde rang en stand ontvangen had in het leven. Elke christen moest tevreden zijn met de plek die hij had toen hij door God uitgekozen werd. Deze uitspraak moet je zien in het licht van de heersende situatie in Korinthe. Er waren slaven, en vrije mensen. Maar in godsdienstig opzicht waren er ook nog Joden die zich hadden laten besnijden, en mensen die dat niet meer hadden laten doen. Na de dood van Jezus was dit teken niet meer nodig omdat het offer van Jezus volkomen genoegdoening had gebracht voor alle zonden. Het bleef alleen belangrijk dat Gods wetten en regels in acht genomen werden.
Paulus voegde een mooie filosofische gedachte aan zijn woorden toe . Hij schreef: ‘ Als je een slaaf was, toen God je uitkoos, maak je daar dan niet druk om. Maar als je de kans krijgt om vrij te komen, moet je dat natuurlijk doen. Trouwens, een slaaf die in Christus gaat geloven is eigenlijk vrij. Want christenen zijn vrije mensen. Aan de andere kant stelde Paulus dat een gelovige een slaaf werd. Niet in de zin van: een slaaf van de zonde, maar een slaaf van Christus die hen gekocht had. ‘ Laat je leven daarom niet beheersen door dingen die mensen belangrijk vinden ‘ besloot Paulus zijn betoog. Blijf wat jullie waren toen God jullie uitkoos. Dat is wat Hij van jullie vraagt. ‘
Het is mooi om te lezen hoe Paulus in een moeilijke situatie wijze adviezen bleef geven. Hij deed zijn uiterste best om met de woorden van God orde te scheppen in de rommelige situatie van een pas gestichtte gemeente, waar alles anders was als in Israël en veel mensen een bijzonder verleden hadden. Hij gaf het niet op, want God stond hem bij. Wat een wonderen heeft Paulus met Gods hulp tot stand gebracht, overal waar hij kwam. Dit gegeven kan ons bemoedigen als wij erop uit trekken in een seculiere wereld. We moeten vaak omgaan met situaties die niet precies in de Bijbel beschreven worden. Maar zoals God wijsheid, geduld, moed en kracht aan Paulus gaf, zo wil hij dat ook aan ons geven, als we maar volkomen op Hem vertrouwen.