Introductie van het Bijbelboek Johannes (2)

Introductie van het Evangelie van Johannes ( 2)
Eenheid met de Vader.
Keer op keer benadrukte de Heere Jezus dat God de Vader Hem in de wereld gezonden heeft. ( Joh.4:34/Joh.5:36-38/Joh.6:38-40/Joh.7:16/8:42/12:49/14:21/17:3) 

Hij is Gods Zoon, de volmaakte Gezant van God. In zijn woorden en daden mag Hij zich met de Vader vereenzelvigen. Hij spreekt en handelt namens de Vader. Daaruit blijkt de eenheid van spreken, willen en handelen tussen de Zoon en Zijn Vader. Hoewel Johannes voortdurend de eenheid tussen de Zoon en de Vader laat zien, blijft Jezus’ ware afkomst voor buitenstaanders verborgen. ( zie bijv. Joh. 7:25-30). 

Als de Heere Jezus over Zichzelf spreekt, begint Hij in totaal zeven keer met de woorden: ‘Ik ben’. 

  • Jezus is het Brood des levens ( Joh. 6:35)
  • Het Licht der wereld. ( Joh. 8:12)
  • De deur der schapen ( Joh.10:7)
  • De Goede Herder ( Joh.10:11) 
  • De opstanding en het Leven ( Joh. 11:25) 
  • De Weg, de Waarheid en het Leven ( Joh. 14:6) 
  • De ware Wijnstok ( Joh. 15:1) 

Met deze uitspraken openbaarde Jezus Zich als de Zoon van God. 

Het evangelie van Johannes beschrijft steeds de spanning tussen geloof en ongeloof. Het ongeloof van de mensen om Jezus heen is het Leitmotiv van Zijn toespraken. Zelfs binnen de kring van discipelen gaat het om de spanning tussen geloof en ongeloof. Aan de ene kant volgen de leerlingen Jezus overal. Maar aan de andere kant lees je regelmatig dat de leerlingen op dat moment nog niet doorhebben wat er aan de hand is. Aan het einde van het Evangelie wordt de spanning opgeheven als Thomas tot geloof komt. ( Joh. 20:24-29). Direct daarop volgt de oproep dat een ieder die dit Evangelie leest, moet geloven in Jezus Christus, de Zoon van God. ( Joh. 20: 30-31).

In het Evangelie van Johannes staan twee getuigen centraal: De eerste is Johannes de Doper. ( Joh. 1 en Joh. 3: 22-36). Hij is de Voorloper en Wegbereider van de Heere Jezus en getuigt van Jezus, de Zoon van God. Johannes is de Messias niet, Jezus is dat wel. In zijn prediking en doop verwijst Johannes dan ook naar Hem. 

De tweede getuige is Jezus Zelf. Hij getuigt uit eigen ervaring van de Vader die Hem gezonden heeft. De wonderen die Jezus doet tonen aan dat Jezus daadwerkelijk door de Vader gezonden is. ( Joh. 5: 31-37/ Joh. 8:13-18/ Joh. 10:25). 

Jezus getuigt van zichzelf, maar beroemt zich daar niet op. Hij wijst heen naar de Vader. De evangelist Johannes sluit aan bij deze getuigen door het Evangelie te schrijven en te getuigen van het leven, sterven en opstaan van Jezus. ( Joh. 19:35/ 21:24). 

Centraal thema in het Evangelie van Johannes is het leven dat de Heere Jezus geeft. ( Joh. 1:4/ 3: 15,16/ 5:24-26/11: 25-26). Het leven wordt ook wel door andere woorden weergegeven zoals: Licht ( 1: 4/8:12)
Waarheid ( 1:14/18:37)
Vreugde ( 15:11/16:22)
Vrede ( 14:27/16:33) 

Johannes gebruikt deze woorden in combinatie met de werkwoorden: ‘zijn in, blijven in’.

Het vreugdevolle leven dat Jezus geeft geeft Hij namens de Vader. Hij geeft het alleen als de gelovigen zijn en blijven in de leer van de Heere Jezus. Het blijven in Jezus gaat net zo diep als de verhouding die de Zoon met de Vader heeft. 

In het Hogepriesterlijk gebed bidt Jezus om de verheerlijking van Hemzelf en van Zijn Vader. ( Joh. 17). Het thema van de verheerlijking keert vaker terug in het evangelie van Johannes. In de heerlijkheid van Jezus wordt Gods heerlijkheid zichtbaar. ( Joh. 1:14). 

De wonderen die Jezus doet, laten iets van Zijn heerlijkheid zien. Het evangelie laat zien hoe de Heere Jezus door Zijn leven, sterven en opstanding heen verheerlijkt zal worden. Dit betekent dat Jezus langzaam maar zeker steeds meer erkend zal worden als de Zoon van God. ( 16: 14). Steeds meer mensen zullen geloven in Jezus, als het vleesgeworden Woord, als de God die mens geworden is. De kroon op Jezus` verheerlijking is Zijn opstanding uit de dood. Daar is Gods voornemen werkelijkheid geworden. Door de verheerlijking van de Zoon wordt ook de Vader verheerlijkt. 

Wij zouden ook zo willen zijn als Jezus. Sterk en onwankelbaar in ons geloof. Daarom bidden wij of God in ons de bedoeling van Zijn Zoon tot uitvoering wil brengen, overeenkomstig Zijn belofte dat Zijn blijdschap in ons zou zijn en dat onze blijdschap volkomen zou zijn. 

Gebed: 

Laat de vrucht van de Geest – blijdschap – bloeien in ons leven. Verzadig ons in de morgen met Uw standvastige liefde zodat we ons mogen verblijden en verheugen in U. Maak ons wakker uit onze sluimer. Neem alle lauwheid van ons hart weg. Wakker de vlam van ijver aan voor de heerlijkheid van Uw Naam. 

Laat Christus zo mogen wonen in ons hart met Zijn onverwoestbare vreugde dat we dag na dag meer gelijkvormig worden aan Zijn vreugdevolle beeld. En mogen wij zo een schuilplaats en een verfrissende bron voor de wereld zijn. Amen.
( Bronnen: SV met uitleg/ Piper)