1 Korintiërs 16: 16 – einde.
De brief aan de Korintiërs was zo goed als afgeschreven. Maar Paulus voegde er nog een goede raad aan toe. Hij beval Stephanos en zijn huisgenoten aan. Het huis van Stephanos bevatte meerdere personen die zich allen ten dienste van de gemeente hadden gesteld. Waarschijnlijk waren dat Fortunus en Achaïkus ( vs 17).
In principe omvatte een ‘huis’ naast het eigenlijke gezin ook knechten en slaven en soms ook andere familieleden. In Romeinen 16:5 kun je lezen dat zij een van de eerste bekeerlingen van Paulus waren. Ze waren door Paulus gedoopt ( 1 Kor.1:16)
Vanaf het begin van Paulus` zendingsreizen hadden Stephanos en zijn huis zichzelf beschikbaar gesteld ten behoeve van de heiligen. Waarschijnlijk hadden ze leiding gegeven aan de gemeente door de verkondiging van het woord. Zowel het feit dat ze zich bekeerd hadden op het geklank van de eerste evangelietonen als hun trouwe dienstbetoon door de jaren heen, had hen tot ware geestelijk leiders van de gemeente gemaakt. Het feit dat Stephanos en zijn huis door Paulus aanbevolen werden, geeft aan dat zij niets te maken hadden met de ruzies of partijschappen die Paulus zoveel zorgen baarden.
‘Ik zou graag zien dat jullie jezelf ondergeschikt maken aan Stephanos en zijn huis’ staat er eigenlijk. ‘En aan ieder die meewerkt en zich inspant voor het goede.’ Deze woorden hebben betrekking op de dienst van het Evangelie, met name de verkondiging.
Uit deze woorden van Paulus blijkt dat er nog geen oudsten aangesteld waren in Korinthe zoals dat in de Joodse synagogen gebruikelijk was. Korinthe liep daarin dus niet bepaald voorop want er waren veel jong gestichte gemeenten waar dat wel zo was.( Handelingen 14:23).
Wel was er in de Kenchreeën, een voorstad van Korinthe al een diacones. Gelovigen met een bediening genoten respect en erkenning op basis van hun functioneren binnen de gemeente. Zo hoort het ook want mensen die zich inspannen voor het Evangelie behoren door de geestelijke broeders en zusters te worden erkend en gewaardeerd.
Stephanos was op het moment van het schrijven van de brief aan de Korintiërs waarschijnlijk bij Paulus. Mogelijk had hij zich beklaagd over een gebrek aan respect en medewerking binnen de gemeente. Paulus schreef dat hij zich verheugde over de komst van Stephanos, Fortunatos en Archaïkus. Waarschijnlijk waren deze mensen gekomen waren, zij waren een vergoeding voor het gemis van de gemeente. Je leest dus dat Paulus Korinthe liefhad, wat hij ook aan te merken had op de dingen die niet goed gingen. ‘Ze hebben zowel u als mij nieuwe kracht gegeven’ schreef Paulus over zijn geestelijke vrienden. ‘Houd daarom zulke mensen in ere.’
Zoals hij gewoon was eindigde Paulus zijn brief met het overbrengen van de hartelijke groeten van de gemeenten van Asia, van Aquila en Priscilla. Er werden in het huis van hen samenkomsten georganiseerd. Iedereen die daarbij aanwezig was liet de gemeente van Korinthe hartelijk groeten. Ze gaven zelfs een heilige kus door.
Aquila en Priscilla was een uit Rome afkomstig echtpaar. Zij hadden Paulus geholpen met het stichten van de gemeente in Korinthe. ( Hand.18:2)
Toen Paulus daar voor het eerst vertrok waren ze met hem meegereisd tot aan Efeze ( Handelingen 18:18) Daar waren ze instrumenten geweest in Gods hand die hen gebruikte om Apollos tot bekering te brengen ( Handelingen 18:26). Terwijl Paulus nog in Efeze was, was ( een deel van ) de gemeente in het huis van dit echtpaar samengekomen. Kort na het schrijven van deze brief aan de Korintiërs waren ze naar Rome vertrokken waar ze opnieuw de verantwoordelijkheid voor een huisgemeente op zich namen. ( Rom. 16: 3-5)
De hierop volgende groeten kwamen van de broeders. Dat was waarschijnlijk het evangelisatieteam van Paulus, maar het kunnen ook de leidinggevende broeders en zusters binnen de gemeente van Efeze zijn geweest. Denk aan Sostenes (1 Kor.1:1), Titus ( 2 Kor.7:14), Trofimus, Tychikus ( Hand. 20:4), en Epafras ( Filip.2:25, Kol.4:12).
Paulus groette iedereen met een heilige kus. De kus was een uiting van broederliefde. Het gaat hier om een manier van groeten die toen gangbaar was tussen broeders en zusters, zoals vandaag de dag nog gebruikelijk is in Oost-Europese landen.
Dat moet ontspanning gegeven hebben aan het eind van het voorlezen van deze brief! De kus was heilig omdat de mensen die deze kus uitwisselden heilig waren.
Het blijkt dat de brief niet eigenhandig door Paulus geschreven is, maar dat hij hem gedicteerd heeft. Waarschijnlijk heeft Sostenes de brief opgesteld ( 1 Kor. 1:1).
Meestal schreef Paulus aan het eind van de brief zelf een groet.
‘Een eigenhandig geschreven groet van mij- Paulus .Als iemand de Heer niet liefheeft, hij zij vervloekt. Maranatha! De genade van de Heer Jezus Christus zij met u. Mijn liefde gaat uit naar u allen met wie ik verbonden ben in Christus Jezus.’
Duidelijke krachtige taal, precies zoals Paulus was. We laten Paulus nu achter in Efeze en besluiten deze brief.
De verkondigers van het eerste uur waren geen wetenschappelijk geschoolde historici in de moderne zin van het woord. Ze hanteerden ook geen academisch neutraliteitsbeginsel. Het waren betrokken volgelingen van Jezus die wat hun overkomen was in de beelden en concepten van hun tijd en cultuur probeerden te vatten.
Wij die zoveel eeuwen later leven proberen de effecten, de ervaringen en het appèl dat van al deze gebeurtenissen uitgaat te beschrijven. De ervaringen zijn steeds overrompelend en ontzagwekkend geweest. De ervaring ging aan de reflectie vooraf. De opstanding en verschijningen van Jezus lieten zich daarom niet zo eenvoudig vastleggen. Dat heeft de eerste christenen er in ieder geval niet van weerhouden om de wereld in te trekken en overal te verkondigen dat Jezus de verhoogde Heer is die de dood heeft overwonnen en de hoogste positie naast God heeft gekregen. Aan ons de vraag wat wij persoonlijk met al deze informatie doen!
Studiebijbel in perspectief, studiebijbelonline, SV met uitleg, de Bijbel en wetenschap.